ceesdeboer.reismee.nl

ROME! Gehaald...fantastische tocht...Genoten en mooie landschappen, vergezichten en ontmoetingen

Met vriendelijk groet en dank dat jullie mij volgen. En mochten jullie het Alzheimer onderzoek willen steunen dan kunnen jullie onderstaande link volgen naar Alzheimer Nederland en en via actie een bijdrage storten.

Helpen jullie mee het streefbdrag te halen? De actie blijft nog even open!

Kijk voor sponsoring van mijn actie selecteer dan svp deze link en open deze. DANK!

http://www.inactievooralzheimer.nl/voettochtnaarromevooralzheimernederland

Reisverslag 3 via Francegina, 3e samenvatting + dagrapportages van 27 sept tm 4 okt

4 okt, samenvatting reisblog over de periode 27 sept t/m 4 okt van San Quirico d'Orca naar La Storta en vervolgens door naar Rome


De afgelopen 6 dagen zijn heel snel gegaan. Ik moet ook echt de dag rapportages teruglezen om de meeste belevenissen weer terug te kunnen halen. Buenconvento maakte door de ontvangst van pastoor Domenico met het eten tijdens het volksfeest grote indruk op iedereen, ook op mensen die ik later in de week spreek. Iemand uit het goede hout met een relativerende en kritische kijk op de wereld om ons heen. In Buenconvento neem ik ook hartelijk afscheid van de 2 Franse dames die hier afslaan naar Assisi. De ontmoetingen en hun verhalen rijgen zich snel aan een met steeds andere pelgrims, ook omdat ik sneller loop en grotere afstanden per dag doe. Neline en Mieke, een vrolijk stel vriendinnen, ondanks het indrukwekkende levensverhaal, die ik tijdens een pauze onderweg ontmoet en later weer in het stadje. Antoine, een Italiaan van 70, die aan tafel vertelt dat hij 10 jaar geleden het geloof weer heeft ontdekt. Simon en ik kijken hebben dat niet maar het is wel interessant hoe overtuigend en betrokken Antoine daarover vertelt. Een dag verder, in Radiocofani blijkt hij toch gestopt en met de trein vertrokken naar Rome waar hij woont, jammer, want het waren leuke gesprekken. Simon en Claudio (40'ers uit Milano) blijken een constante factor te worden, ook al lopen we weinig samen, we komen elkaar meerdere malen tegen en eten ook 's avonds vaak samen. Later zullen we nog adressen uitwisselen, je weet maar nooit. We hebben altijd wel een bed vrij voor een pelgrimfamilie uit italie. Later ontmoet ik ook nog Simon en Antonella (Engels / Italiaans), ook een leuk en inspirerend contact. En dan Frank en Rika, uit Bilthoven die ik op weg naar Aquadepedente op de flank van een heuvelrug ontmoete. Een leuk kort gesprek over hun ervaringen vanuit een vakantiehuis in Toscane. Op dezelfde route ontmoet ik ook een boer die met de hand druiven staat te persen. We hebben contact maar spreken elkaars taal niet, bijzonder. Verder 2 Duitse mannen, die allebei,op even intensive care werken en elk jaar een deel van de via Francegina lopen. En dan nog Judith, een Duits meisje van 20, die heel dapper met een zware rugzak in de regen loopt naar viterbo en 2 weken lang Pompei gaat bestuderen. We stoppen samen bij een publiek thermaal bad 7 km voor Viterbo, een opkikker van 45 graden onder een fris wolkendek. De parkeerplaats staat vol met campers van toeristen, die ook even een bad nemen. En in Campagnano ontmoet ik Jos uit Maastricht, die al sinds 15 juli onderweg is. Voor hem is dit de eerste keer en het lijkt naar meer te smaken. Simon en Claudio blijken uiteindelijk de meest constante factor tot vlak voor Rome, hoewel we overdag elkaar weinig tegen komen. Naarmate de dagen vorderen wordt er steeds meer uitgewisseld en krijg ik ook meer inzicht in de gebruiken van de Italiaanse keuken, een cultuur op zich, merk ik. Zij leren me ook veel over de kerken en de vruchten op de landerijen die we tegen komen.
Ik merk dat de landschappen veranderen, de kloven worden dieper en af en toe gaat het behoorlijk op en neer. Soms wandel ik door ogenschijnlijk kleine stadjes, die dan verrassend groot blijken te zijn met veel historische gebouwen, veel kerken en vaak genoeg ook een grote kathedraal, zeker in vergelijking tot de omvang van het stadje. Veel kerken gebouwd met geld van rijke inwoners. In het aantal en de omvang van de kerken in een plaats weerspiegelt zich ook de welvaart in vroeger eeuwen. In veel kerken tref je mooie fresco's aan, soms gerestaureerd en zorgvuldig beschermd, maar ook vaak open en bloot en vrij toegankelijk. Vaak genoeg zie ik mooie kerken in sterk vervallen toestand, blijkbaar teveel historie en te weinig geld om te restaureren en te conserveren.
De laatste etappe van La Storta naar Rome is een aparte ervaring. Ik loop nu grotendeels langs autowegen in een voorbijrazende maandagochtend spits van auto's en scooters, de forenzen gaan naar hun werk. Ik moet wennen aan de megadrukte, de vele mensen. Vanaf Monte Mario (5 km voor het Pietersplein) heb ik een mooi uitzicht over de stad. Langzaam daal ik af naar de stad en loop km's langs over de via Angelico naar het Pietersplein. Ik ga meteen naar het Vaticaan, via strenge controle van bagage en paspoort en wordt dan begeleid naar een kantoortje voor het stempel in mijn credential en krijg ik ook een getekend certificaat retour. Ik ga 2 dagen slapen bij de armenzusters, even tijd om om te schakelen en ervaringen uitwisselen met 15 andere pelgrims uit allerlei windstreken, Engeland, Frankrijk, italie, zuid-Afrika. Om 22 u val ik doodmoe in slaap en wordt na een onrustige nacht om 7.30 u wakker, uitslapen dus. Mijn lichaam is van slag en mijn hoofd zit nog ergens anders, tijd nodig om om te schakelen. De dag erna gewoon banjeren door de wijk Travastere, terrasje, blog bijwerken, foto's versturen, contact met Margot, en nog wat noodzakelijke dingen kopen voor de komende dagen. Het zit er voorlopig weer op. Nu weer rustig omschakelen naar een ander patroon na 28 dagen en bijna 1000 km. Over een paar dagen of weken zal ik alles nog eens rustig nalezen, bijwerken en met al die beelden en bijzondere ontmoetingen een mooi plekje in mijn geheugen geven.

Met vriendelijk groet en dank dat jullie mij volgen. En mochten jullie het Alzheimer onderzoek willen steunen dan kunnen jullie onderstaande link volgen naar Alzheimer Nederland en en via actie een bijdrage storten.

Voor wie de details van de afgelopen dagen wil lezen...................................
De dagrapportages van 27 sept tm 4 okt


27 sept, van Buenconvento naar San Quirico d'Orca, 22 km
De volgende ochtend hebben we met zijn allen om 7 u nog een uitgebreid ontbijt met de priester, met koffie, thee, fruitsalade, brood, en koekjes. Zelfs op de vroege ochtend praten we over de vluchtelingen / migranten problematiek, de economische ontwikkeling van italie, de werkcultuur, de jeugd. De priester (Domenico) geeft aan dat lokaal de spanningen ook wel toenemen met het toenemende % vluchtelingen / immigranten (nu 10%). Naar zijn mening moet de oplossing komen van meer inzet van Europa en de landen in eigen opvang, maar ook in extra stimulans van de economische en bestuurlijke ontwikkeling van de vertreklanden. Rond half 9 vertrek ik uiteindelijk alleen. Het is lekker weer om te lopen. Ik kom langzaam op gang. De koffie zal nog even duren. Later blijkt dat ik die pas ruim halverwege in Torrenieri koffie zal genieten. Daar kom ik Simon en een andere pelgrim ook weer tegen. Ik loop alleen verder richting San Quirico d'Orca en hoewel ik pas later onderweg wil gaan lunchen stel ik dat steeds meer uit, even doorlopen naar de stad denk ik. Onderweg stop ik even bij 2 dames (Mieke en Neline) die uit Nederland blijken te komen (Delft en Amsterdam), beiden gepensioneerd en al sinds de HBS vriendinnen. We wisselen in korte tijd van alles uit. Ze wandelen elk jaar 2 maal een dag of 10 een deel van de via Francegina. Ze willen voor hun 70ste Rome bereiken in een tempo van 15 km per dag. Ze slapen primair in B&B en agriturismo en horen met belangstelling hoe ik vooral bij parochiehuizen en kloosters en ostello's overnacht. Zij vinden het interessant maar kiezen voor wat meer zekerheid over comfort en netheid. Het wandelen is met name voor Neline heel belangrijk omdat zij de zorg heeft voor haar man die Parkinson heeft. Haar zoon die in het buitenland woont neemt in die tijd de zorgtaken waar. Ik zie dat het haar zwaar valt om er over te vertellen. Mijn verhaal over de sponsortocht voor Alzheimer spreekt hun zeer aan en is met ook Alzheimer in de familie (overleden man van Mieke) zeer herkenbaar. We nemen hartelijk afscheid en ik zie hen later bij toeval weer in San Quirino d'Orca op een terras. We drinken samen iets en praten nog wat verder over nog zoveel mogelijk uit het leven halen als je nog redelijk gezond bent en vervolgens jezelf en samen aanpassen aan de omstandigheden, ofwel ook met een beperking is er nog veel mogelijk.
Voor de zekerheid bel ik nog even naar de parochie en ik krijg een slaapplek. Even rondlopen over de stadsmuur en nog een koffie. Bij de toerist info kom ik de Finse vrouw (Maritta) weer tegen, zij heeft dus afgelopen nacht in Ponte d'Arabia geslapen. Er was daar niets te doen en maar met 3 pelgrims in een heel groot huis vond ze het niet zo prettig. De parochie opvang waar we slapen wordt gerund door de zusters Dominicanen. Ik betaal € 12,50 voor een schoon bed met douche en keuken, prima. Als ik me heb geïnstalleerd in de opvang regel ik bij de VVV nog een wificode en ga dan in een café een machiato drinken. Het blijkt in het café een grote verzameling van oude mannen van vooral 70 en ouder te zijn, die met elkaar een kaartje leggen. Sommigen zijn minder goed ter been en lijken ook niet meer zo scherp, maar genieten nog zichtbaar van het kaart gebeuren.
Vervolgens ga ik weer terug om te douchen en kijk of ik straks met een paar mensen kan gaan eten in het stadje. Met de wificode wil ik proberen om straks mijn blog + foto's over te brengen naar Nederland.

28 sept, van San Quirico d'Orca naar Radicofani, ruim 33 km
Ik ben om 6 u al voor de wekker wakker, maar sta uiteindelijk pas om 6.15 u op, voor mij uitslapen. Wanneer ik gedoucht heb blijkt Claudio met de baard die ik al eerder ben tegen gekomen stil vertrokken. Ik volg mijn normale ritueel en haast me niet, maar werk wel alles systematisch af. Als ik ga ontbijten met een beetje yoghurt biedt Antoine een heerlijk verse koffie aan. Dat sla ik niet af. Rond half acht ga ik naar buiten voor de kerk zitten en probeer nog even de gisteren van de toerist informatie ontvangen WiFi codes te gebruiken voor het uploaden van de foto's en het verslag. Het blijkt om een duistere reden niet te lukken of ik heb geen geduld. Ik sluit af en ga nog een koffie drinken met een broodje. Simon loopt ook binnen met een Italiaanse vrouw, die op de fiets naar Rome blijkt te gaan in 4 dagen. In een alimentari koop ik nog wat yoghurt en fruit en ga dan op pad. Het is bewolkt en behoorlijk fris met een frisse bries, dus heb ik mijn bodywarmer aan. Ik moet even op gang komen. Het uitzicht is wat gesluierd en daardoor minder mooi om te fotograferen. Ik maak wel foto's maar zie later wel wat er van geworden is. Vandaag een lange tocht van 33 km, dus goed plannen. Na een uur of 2 bagno vignoni, een dorpje met thermaal baden. Meerdere hotels en veel Campers op een parkeerplaats. In het dorp een lekkere koffie en tijd om het publieke thermaal bad te bewonderen. Vervolgens geleidelijk verder, op en neer met een steeds steviger bries opzij. Ik loop ook vandaag weer veel op grindpaden, zolang het fijn en platgereden steen is, is het geen probleem. Het wordt lastiger als het ongelijke stukken zijn en veel Romeinse kinderhoofdjes. Dat is lastig voor de knieën en de enkels. De stokken zijn onmisbaar, niet alleen bij het naar naar boven trekken, maar ook als rem bij het afdalen. Maritta, Simon en ik lopen op enig moment in een rijtje. Ik volg Maritta blindelings en kijk niet meer op mijn gps kaart.
Vlak na castiglione d'Orcia ontstaat er twijfel of we op het goede pad lopen. We besluiten na overleg toch door te lopen. Uiteindelijk richting autoweg en dan langs de berm 6 km naar het eerstvolgende dorp. Het is vermoeiend lopen en vergt veel opletten. In Gallina drinken we allemaal koffie op een terras en gaan dan met tussenpozen weer op pad. Ik ben weer voldoende opgeladen en zet er een stevige pas in, zo snel mogelijk van de weg af, eerst een mtb pad op en daarna de via Francegina route, heerlijk. Uiteindelijk veel asfalt en grove stenen onderweg, veel vals plat en dus vermoeiend. Vandaag doorzetten, ook omdat het landschap niet bijzonder boeit, zelfs een beetje eentonig is, mogelijk ook omdat het grijs weer is met weinig kleur en contrast. Prettig ook om alleen in mijn eigen tempo stevig door te kunnen stappen, af en toe stop ik voor een foto en kijk om me heen. Het is primair grove landbouw en grijze klei die nu door de boeren orde bewerkt. 'S zomers wuift hier goudgeel graan en zien de kleuren er heel anders uit, vaak met een bijzonder reliëf door het heuvelende landschap. Hier ook geen druiven, olijven, fruit en zonnebloemen meer, waarschijnlijk is daarvoor de grondsoort niet geschikt. Na een paar uur kruis ik een autoweg en loop verder langs een rivier. Het pad loopt hier parallel aan de weg en is dus veilig. Vervolgens ga ik geleidelijk klimmen en in de verte komt het eindpunt van vandaag, de burcht van Radicofani steeds dichterbij. Toch duurt het nog tot 16 u voordat het dorp binnen bereik komt. Omdat ik toch af en toe pauzeer heeft Simon me weer ingehaald, hij is zichtbaar heel moe. Mogelijk speelt toch dan hij pas een paar dagen onderweg is en zijn schoenen vergaand versleten zijn.

29 sept, Radicofani naar Aquadepedente, 34 km
6 u opgestaan en na een stevig ontbijt, koffie in een bar aan het eind van het dorp op pad. Om half acht 's morgens zitten er al Italianen aan de koffie en een broodje, merendeels oude mannen, maar ook wel passanten. Er staat een stevige, koude wind uit het oosten en de gesluierde lucht geeft mooie kleuren. Ik heb mijn bodywarmer aangedaan en heb zelfs een beetje koude handen. Vanuit Radicofani is het nu even sterk dalen, dus ook de stokken als rem gebruiken. Doordat ik van de top naar beneden loop heb ik een mooi uitzicht over het dal. Al snel gaat de asfalt weg over in een pad en wordt het op en neer. In de buurt van de agriturismo Pancole kom ik iemand tegen die een hond uit laat. Het blijkt een Duitser te zijn die hier vaker komt. Hij vertelt me dat het een vulkaangebied is, waar je veel fossielen en lavasteen kunt vinden. De flanken van de vulkaan zijn door opstuwing en vervolgens erosie ontstaan en geven prachtige schaduw effecten in het opkomende zonlicht. Het is hier vooral zware kleigrond die het vocht vasthoudt met een ondoordringbare onderlaag. Als je een meter zou graven heb je al vettige, vochtige klei, bijna geschikt om mee te bakken.
Na 9 km ontmoet ik 2 pelgrims, Simon (London), Antonella (italy), vrienden op wandelvakantie in italie, het geboorteland van Antonella. We lopen samen op en wissel met Simon naar aanleiding van wat we om ons heen zien onze wederzijdse jeugd uit. Hij opgegroeid op een klein melkvee bedrijf in de 50'er en 60'er jaren en ik op een tuindersbedrijf. Het geeft een bijzonder soort herkenning, waar niet zoveel woorden voor nodig zijn. Het is een periode van snelle ontwikkelingen in de mechanisatie, schaalvergroting en professionalisering. We weten allebei hoe de magere en vette jaren voelen in onze jeugd. En ook dat de ervaring van 'met weinig' veel voordelen in periode van onzekerheid oplevert. Bijzonder hoe je met een paar aangrijpingspunten in korte tijd een soort klik krijgt, zonder veel woorden. Bij een bar onderweg nemen we koffie en ontmoeten ook weer 2 andere pelgrims op onze tocht, Simon en Maritta. Ze zijn elkaar al eerder onderweg tegen gekomen. Als ik wil vertrekken komen ook de 2 Nederlandse dames aangelopen. Zij hebben geslapen bij Pancole op een agriturismo en werden daar vorstelijk onthaald door de familie. Van hieruit nemen ze de bus naar Aquadepedente. Ik ga ook verder maar neem in tegenstelling tot de andere pelgrims de lange route bovenlangs. Eerst loop ik nog 500 m in de verkeerde richting. Het eerste stuk van 5 km is vooral over een asfaltweg, niet druk maar ook niet prettig. Het uitzicht op de hellingen is fantastisch en in de verte kun je nog steeds heel hoog de toren van Radicofani zien liggen. Onderweg nog steeds veel wind, maar ook de zon wordt steeds warmer. De wind voert voortdurend flarden van andere geluiden van ver mee tussen het ruisen van de bomen door. Zoals het geratel van de rupsbanden van de tractoren waarmee de boeren hier het land met zware klei bewerken, een mooi geluid, dat steeds weer zachter wordt als de tractor weer over de top van een helling is verdwenen en dan weer terugkomt voor een volgende baan. Zo'n boer is in dat lage tempo wel dagen achtereen bezig. Rond 11 u sla ik links af een pad in en na weer een uur kom ik bij een rustpunt Frank en Rika uit Nederland / Bilthoven tegen. Zij hebben in Aquadepedente een vakantiehuisje en genieten hier van de wisselende kleuren over de seizoenen. Ik vertel over mijn reis en sponsortochtvoor Alzheimer en ze blijken zeer geïnteresseerd. Frank blijkt op het gymnasium bij de paters te hebben gezeten, dus we wisselen ook wederwaardigheden over de verschillende ordes van paters en zusters uit waar ik hier onderdak heb gehad. De route over de flank van het dal is fantastisch met een mooi uitzicht naar beide kanten. Onderweg kom ik ook een boer tegen die nog met de hand een pers voor druiven bedient. We verstaan elkaar niet maar hebben wel plezier en ik vertel waar ik vandaan kom en naar toe ga. Met een foto en een stevige handdruk neem ik afscheid, leuk. Ik loop nog ruim een uur verder over de flank en passeer verschillende boerderijen met koeien en schapen en af en toe een akker met druiven. Uiteindelijk rond 3 u in Proceno, waar ik even koffie drink in de schaduw. Vandaar is het nog 6 km naar beneden en dan weer omhoog naar Aquadepedente, dus nog zeker 1,5 u lopen. Het laatste stuk is door de bossen, een mooie route. Vlak voor de stad tref ik de 2 Duitse vrouwen nog waarvan de een problemen heeft in de rug en de voeten en dus af en toe een stukje de bus neemt. Maar ze gaan naar Rome. Rond half 5 loop ik de stad binnen en tref op een terras in het centrum de 2 Duitse mannen aan. Voor hen is het de voorlaatste dag, want ze lopen 10 dagen en dan is hun vakantie weer voorbij en vervolgen ze de tocht volgend jaar weer. Zij zijn collega's, werken allebei in het ziekenhuis op de intensive care.
Nog even snel wat boodschappen voor morgen doen, dan douchen, schrijven en en daarna eten met een aantal andere pelgrims in een aanbevolen restaurant met pelgrims korting. Het is gezellig, we praten over elkaars werk en maatschappelijke ontwikkelingen. We inspireren elkaar en zijn enthousiast over nieuwe ontwikkelingen in verandermanagement en activeren van ouderen in de derde levensfase. We spreken af om wat uit te wisselen. Daarna slapen, want ik ben aangestoken door Simon en Antonella en wil ook een keer de zon op zien komen en ga dus vroeg slapen.

30 sept, Aquadepedente naar Montefiascone, 34 km
Ik sta om 4.30 u op, douchen en ruim ontbijt met thee. Al snel staan ook Simon en de anderen op. Blijkbaar willen ze ook een keer de opkomende zon tegemoet lopen. Ik vertrek alleen en neem de lange route. Het is behoorlijk donker en moet mijn hoofdlampje gebruiken en af en toe de berm in als een vroege auto mij tegemoet rijdt. Het is helder en fris weer en ik heb er zin in. Het is een mooie route die redelijk vlak is en over landwegen gaan, achter langs lokale industrie om. De opkomende zon is bijzonder en geeft prachtige kleuren. In een stevige pas ga ik verder. Aangezien ik veel foto's maak halen Maritta, Simon en Claudio mij voor San Lorenzo Nuovo in, maar nemen dan een andere route. Ik wijk af en zie hen pas weer na her dorp. Daar krijgen we al een mooi zicht op het meer van Bolsena. Dan blijkt dat we verschillende routes volgen. Ik neem de langere routes door de velden, zij deels langs de hoofdwegen. Het is stevig klimmen en dalen, maar ik heb voldoende energie beschikbaar. Rond 12 u loop ik Bolsena binnen, een leuk en levevendig historisch stadje. Na een koffie en wat inkopen voor de lunch loop ik richting strand voor een lange pauze voor ik verder ga richting Montefiascone. Ik val bijna in slaap in de zon. Rond 13.30 u ga ik verder voor de laatste 18 km. Ik neem wat afwijkende routes langs het strand en door de binnen landen en kom langs een groot aantal volkstuintjes waar men ook blijkt te overnachten. Ook loop ik langs akkers waar de boeren met zware rupstractoren het land bewerken met grote wolken stof tot gevolg. Onderweg naar de stad zie ik verschillende boerenwagens vol met de druiven langsrijden, waarschijnlijk op weg naar een coöperatie. Uiteindelijk valt deze tocht in 2 etappes mede door de vroege ochtend, weinig slaap en veel km's best zwaar. Als ik onder de stadspoort door loop begint het regenen en de wind wordt koud. Ik kom ook de 3 Engelse dames van een paar dagen geleden tegen en we maken een praatje over onze tocht. Verder pik je de pelgrims, ook zonder rugzak er zo uit. Vaak een begrijpend knikje en dan weer verder. Overigens groeten de meeste Italianen heel vriendelijk in het voorbijgaan en soms maken ze een praatje over de tocht. Ik loop naar een klooster in het centrum, maar daar geen gehoor, ook niet na herhaaldelijk bellen. Als ik de volgende dag de Italianen spreek blijkt dat ik een open deur binnen had moeten lopen en dan bij de zusters terecht was gekomen. Achteraf was ik blij dat het mij niet is gelukt want er werd niet gesproken, men kreeg het eten toegeschoven, om 22 u ging de deur op slot. Uiteindelijk ben ik een albergue binnengestapt en kreeg ik een kamer + ontbijt voor een pelgrimsprijs van € 30, prima. Bovendien: een schone kamer, schone lakens en heerlijk rustig. Na een kort rondje door de stad ga ik ook in de albergue eten, heerlijk, voor niet meer dan € 10. Er zaten ook een groep van 10 Franse pelgrims op leeftijd. Aan de telefoon en op Skype met het thuisfront kon ik bijna niet uit mijn woorden komen, zo moe was ik die avond. De hele nacht heeft het geregend en ik heb heerlijk uitgeslapen tot half 8.

1 okt, Montefiascone naar Viterbo, 35 km
Ik slaap lekker uit tot 7.30 u en na een karig ontbijt en koffie met een broodje in een bar ga ik op pad. Het regent en er waait een koude wind. Dus ik doe mijn jas en regenpijpen aan. Ik loop bovenlangs de kathedraal en heb toch nog een mooi uitzicht ondanks de regen. Het eerste half uur loop ik over de weg en daal ik snel. Daarna over op een pad en dat blijft tot Viterbo. Ik loop een jong meisje achterop met een zware rugzak op gympen en in een spijkerbroek. Ze wordt nat maar loopt gewoon door. Ze (Judith) blijkt met medestudenten uit Freiburg hier 2 weken studie te maken van Pompei kn het kader van hun studie latijn en grieks. Ze maakt van de gelegenheid gebruik om een stukje van de via Francegina te lopen en een therme te bezoeken. Ze vertelt dat ze ondertussen 4e jaars is, bijna klaar en hiermee moeilijk aan werk zal kunnen komen. Ze is pas 20. Daarom gaat ze hierna biochemie studeren op een bedrijfsbeurs. Dat biedt meer perspectief. Ze wil bovendien ook iets meer praktisch aan de slag en dit lijkt haar een mooie vervolgstudie. Ze moet zich voor de bedrijfsfinanciering wel verbinden om elke zomer een maand in het betreffende bedrijf te werken en na de studie nog eens 5 jaar. Ik vertel over onze dochters en ze is zeer geïnteresseerd hoe dat in Nederland werkt. Ongeveer 7 km voor Viterbo dromen we bij de openbare thermen. De parkeerplaats staat vol met campers van toeristen die ook een bad nemen. Ik neem ook een bad, heerlijk een uur relaxen onder een miezerig buitje in water van 40 - 45 graden. Daarna ga ik alleen weer verder richting Viterbo. Nog 7 km en dat blijkt nog best ver, 2 u. In viterbo is veel historie bewaard gebleven, gewoon rondlopen en je ziet genoeg. Ik doorkruis de stad langs een aantal bezienswardigheden, doe books happen en loop door naar de herberg van de confraters van San Jacopo. Het is druk met pelgrims, maar ik heb plek. Dan zie ik ook Simon, Claudio en Maritta weer terug, leuk. We wisselen wat ervaringen uit en gaan dan samen even in de stad rondkijken, o.a. door de pelgrimswijk, een kathedraal en naar een ondergrondse kelder. Aangezien we moe zijn gaan we vroeg eten. Hoewel het lekker is valt het duur uit voor een pelgrimsmaaltijd (€24), volgende keer vooraf vragen naar de totaalprijs. We gaan snel slapen Het onderkomen is sober maar goed, een open zolder met 10 stapelbedden, 2 douches en 2 wc's, voor € 12,50 inclusief toeristen belasting.

2 okt, Viterbo naar Sutri, 34 km
'S morgens maak ik nog een yoghurt, brood en fruit ontbijt met melk, een redelijke bodem voor vandaag. Maritta trekt het even niet meer, wil na 6 weken stoppen, de warmte opzoeken een warme broek kopen, even een pauze van een paar dagen nemen. We nemen hartelijk afscheid en ik hoop dat ze de uiteindelijk kan afmaken. Van de beheerder krijgen we uitleg over een alternatieve route, langer, maar ook mooier door het bos, langs een groot meer en ook omhoog naar 900 m. Simon, Claudio en ik gaan samen op pad. De eerste uren is het nog droog, lopen we voornamelijk over de weg. Als we de paden door een mooi loofbos op gaan begint het te regenen. Het blijkt een mooie route en we klimmen gestaag naar 600 m. Onderweg lopen we vaak ver uit elkaar en meestal loop ik achter. De jongere garde heeft vandaag veel meer energie dan ik, ik laat me dus trekken. Af en toe loop ik samen met Simon en wisselen van alles uit over leven, werken, familie, politiek, e.d., interessant. Ik wordt wederom uitgenodigd om toch vooral een keer langs te komen in Milaan, dat is wederzijds, dat spreekt vanzelf, wie weet wanneer, want voorlopig staat het reizen op een lager pitje. Onderweg ook steeds meer agricultura om te logeren op de boerderijen.
Door de regen en de mist zien we weinig van het meer en om 13 u wandelen we Ronciglione binnen, even koffie en eetpauze. Een klein stadje met een grote kathedraal, historisch leuk en niet verwacht. Op weg naar Sutri moeten we grotendeels over de weg en begint het te plenzen. Oppassen dus, want met al die bochten en de grote plassen is het gevaarlijk met snel rijdende auto's. Rond 5 u lopen we Sutri binnen en bellen aan bij het klooster. Helaas vandaag gesloten, daarom snel door naar de toeristinfo. Vandaar naar het dichtstbijzijnde en goedkoopste hotel, 3 personen op een kamer voor totaal € 60 incl ontbijt, prima. Na een douche even rondlopen blijkt het wederom een klein maar leuk stadje met veel bewaarde historie te zijn. We kijken ook naar een kerk met onderaardse gewelven en graftombes, indrukwekkend. We zien ook weer mooie fresco's in een kerk en verbazen ons erover dat deze totaal niet beschermd zijn. In weer een andere kerk zijn ze druk bezig met het restaureren van fresco's. De kerken zijn vaak sober, waarbij de fresco's ook bedoeld waren als plaatjes om van te leren, aangezien veel mensen in die tijd niet konden lezen en schrijven.
We eten weer echt op zijn Italiaans, pas om 20 u en nemen antipasti, prima pasti, secondi, wijn, water en koffie voor bij elkaar € 17. Met Italiaans gezelschap krijg ik voortdurend uitleg over de beste keuzes, de herkomst van de producten, verschillen tussen de regio's en hoe te eten. Ook onderweg krijg ik regelmatig uitleg over voor mij onbekende vruchten aan de bomen of op de markten. En ook hoe verder we naar het zuiden gaan hoe later de restaurants eten serveren. In dit stadje pas om 20 u en in Rome weer later. Om 22.30 u slapen tussen schone lakens zonder geluiden van een slaapzaal.

3 okt, Sutri naar Campagnano
Na een lekker ontbijt en inkopen van fruit en brood gaan we samen op pad. Eerst langs een amfitheater, maar dat blijkt nog dicht en we kijken door het hek. Het is niet indrukwekkend, beter in Rome kijken, want die is veel groter en indrukwekkender. We nemen de lange route over de paden, waarmee we veel autowegen vermijden. We lopen over mooie paden, langs akkers met noten van verschillende soorten. Hier komen dus onder meer de nutella, hazel en walnoten vandaan. Maar op de markt zie je nog veel meer soorten, die uit deze regio komen. Ook hier veel tamme kastanjes langs weg en in de bossen. De zwijnen zijn er dol op gezien de sporen in de modder. Van de kastanjes wordt ook meel gemaakt waar men in slechtere tijden ook brood van bakte. Onderweg ook veel soorten bessen aan struiken en bomen. Druiven tref ik hier eigenlijk nauwelijks aan. Gezien de kleur van de lege akkers hier waarschijnlijk ook veel graan voor de pasta.
Vandaag praat ik weinig en hoor voornamelijk het Italiaans van Simon en Claudio. Het is voor mij een aangenaam achtergrond geluid naast de andere geluiden in het bos. Ik vindt het wel prettig zo, in gezelschap, maar geen deelgenoot en bezig met mijn eigen gedachten hier en thuis. Nog 2 dagen dan kom ik aan in Rome, aan de ene kant prettig, het eind in zicht, maar toch ook weer vreemd, want daarna even geen wandeling. Het lijkt me prima, want de vermoeidheid neemt ook toe met deze lange en intensieve dagen in een strak patroon van inspannen.
We komen door een aantal mooie dorpen en verbazen ons over de grootte en het aantal kerken in zulke kleine plaatsen. Meerdere malen blijkt dat kerken vervallen zijn geraakt en gesloten. Soms zie je dat voormalige kerken gebruikt worden als schuur. Op het platteland zien we vaak genoeg verlaten boerderijen, die overwoekerd zijn of waarvan het dak half is ingezakt. Men is verhuisd naar het dorp of de stad. In Nederlandse verhoudingen moeilijk te begrijpen. Maar ook treffen we veel niet afgemaakte bouwsels aan, blijkbaar in afwachting van geld om verder te bouwen.
In Campagnano pauzeren we en drinken nog koffie. Simon en Claudio gaan nog 7 km verder naar Formello en proberen dan zondag om 12 u in Rome te zijn om de paus nog te kunnen zien in de traditionele zondagochtend scène op het balkon van het Vaticaan. Bovendien zal hij waarschijnlijk iets zeggen over zijn reis naar Cuba. We nemen hartelijk afscheid en ik zwaai ze uit bij de poort van de stad. In de stad zie ik verschillende pelgrims lopen, maar ik zie ze niet terug in het parochiehuis. Het Canadese en Duitse stel zitten in een hotel. De Duitsers (70 jaar) laten hun bagage deels vervoeren en hebben alles voorgeboekt, de Canadezen bekijken het per dag. Een Nederlander die ik tegen kom en solo reist zie ik verder ook niet meer, dus waarschijnlijk ook in een B&B. In het parochiehuis tref ik een Italiaanse vrouw en een Nederlander aan. Jos uit Maastricht is vanaf huis vertrokken op 15 juli en dus al ruim 2,5 maand onderweg via België, Frankrijk en deels Zwitserland. We blijken even oud en wisselen onze ervaringen uit. Voor Jos is dit zijn eerste grote wandeling en het bevalt hem goed. Ik doe de was nog even want veel kleren zijn heel vuil en hier kan ik wassen en drogen. Daarna nog even de stad in, Skypen en aansluitend eten van een pelgrimsmaaltijd. Het restaurant loopt na half 9 snel vol, ik eet alleen en kijk vooral naar de grote families die hier komen eten, bijzonder. Vervolgens een korte wandeling in de avondwarmte naar het parochiehuis. Helaas geen stempel geregeld, maar dat doe ik dan wel in een lokaal hotel morgenochtend. Nu slapen en vroeg op morgen.

4 okt, Campagnano naar La Storta, 24 km
We staan om 6.30 op, douchen, ontbijten en dan weg. Jos is snel weg en ik doe-het-zelf rustig aan. In de stad nog even koffie en dan op pad om 8.45u. De eerste uren veel klimmen naar 400 m. Het is lekker weer, bewolkt met een briesje, het bevalt wel. Vandaag veel klimmen en dalen over grotendeels paden of kleine weggetjes. Soms door een natuurpark. In formello koffiepauze en daarna weer verder. Het landschap is mooi maar met alles wat ik al gezien heb niet meer zo bijzonder, dus ik loop gestaag door en neem vandaag weinig pauze. Al lopend drink ik en neem fruit. Het lopen is zwaarder dan gisteren en ik ben blij als ik om 14 u in La Storta aan kom. Bij de kerk doet een Spaanse pastoor open die mij een stempel geeft en mij naar de zusters (institute Suore della Poverelle) voor een overnachting verwijst. Eerst twijfel ik nog en bel naar een B&B 5 km verder, maar dat kost € 50 en dat heb ik een niet voor over. Dus toch naar de zusters waar ik hartelijk wordt ontvangen en een kamer krijg toegewezen. Alles ziet er schoon en comfortabel uit. Afgezien van de Italiaanse dame die ik in Campagnano ook heb gezien is er niemand. Aangezien zij niets over de grens spreekt is er geen gesprek mogelijk en ga ik aan de slag om mijn blog bij te werken over de laatste dagen. Hopelijk vandaag ook een samenvatting en dan versturen om te plaatsen. Ik ga eerst een pizza eten en zal daarna de samenvatting proberen te maken en te plaatsen. Om 21.30 u ben ik weer terug voor de avondklok van de zusters en ga snel slapen.

4 okt, van La Storta naar Rome, 18 km
Ik ben om 5.30 u wakker en kan niet meer slapen, waarschijnlijk onrustig voor de laatste etappe. Na het douchen even een yoghurt met fruit en een koffie met een broodje in het dorp en dan op pad. Het is maandag morgen en dus ochtendspits, de route voert grotendeels langs de autowegen, dus krijg ik een flinke portie fijnstof binnen, niet leuk en hier ook gevaarlijk want ze rijden ontzettend hard. Onderweg wel een paar keer koffie kunnen drinken met een broodje, lekker. Er is vandaag geen zon, dus lekker koel. Helaas blijkt de route slecht aangegeven en een deel is zelfs niet meer in functie, dus moet ik langs de autoweg blijven lopen. Pas vlak voor Rome kan afbuigen via de Monte Mario en heb dan een prachtig uitzicht over de stad en ik zie de Sint Pieter in de verte liggen. Het drukke autoverkeer en de vele mensen onderweg is wel een koude douche, ik ben dat niet meer gewend. Voor mij liever de natuur, kleine dorpen en stadjes, niet zoveel verkeer en geen mensenmassa. Vanaf de Monte Mario heb ik een prachtig uitzicht over de uitgestrekte stad, ook al is het een beetje wazig allemaal. Het Pietersplein blijkt toch een beetje kermis als ik aan kom. Rond het plein een enorme lange rij van mensen die met kaartje naar binnen willen. Ik vraag aan de wachten bij de poort van Vaticaanstad waar ik moet zijn voor een stempel en certificaat. Ik wordt verwezen naar de Zwitserse garde en vervolgens naar de politie voor controle. Als ik dan eerlijk antwoord dat ik een mes heb mag ik niet naar binnen, dus ik bedenk dan maar dan ik het even in een hoekje neerleg. Dan wordt mijn rugzak en ik gescreend en mag ik wel naar binnen. Bij een volgende controle paspoort inleveren en dan naar het kantoor voor de stempel en het certificaat. Daar ontmoet ik ook Claudio weer, een hartelijk weerzien. Ik loop gelijk maar met een korte rondleiding die hij geregeld heeft naar de graftombe van Petrus. Onderweg veel andere graftombes van een paar pausen en kardinalen, we krijgen een speciale behandeling dwars door de stromen toeristen heen die in groepen begeleid worden. Buiten wil ik mijn mes wee op de bestemde plek ophalen, maar dan blijkt dat overal camera's hangen, want al snel komt een politieman met mijn mes aan lopen. We gaan verder met een vermanend woord in de achterzak. Als pelgrim kun je niet zonder mes. Claudio en ik gaan nog even koffie drinken in de wijk Travastere, de moeite waard. Het is een leuke oude en ook toeristische wijk en ligt bovendien op de route naar mijn overnachtingsplek bij de zusters San Benedetto Labre. Ik blijf nog even en eet een pasta met water en rode wijn, even nagenieten. Ondertussen schrijf ik ook even verder aan mijn blog. Tegen 4'en naar de zusters, dan douchen en verder schrijven. Voor de zekerheid heb ik even gebeld of er plek is, ok. Bij binnenkomst meteen water en uitleg over de regels: rugzakken, schoenen beneden, op slippers naar boven. Ik ontmoet een aantal dezelfde mensen. Daarna inschrijven en naar de kamers. Er zijn al veel mensen, dus de meeste bedden zijn bezet, ook doordat men hier vaak 2 nachten blijft. Gelukkig kan ik in het onderste bed slapen, wel zo handig voor 's nachts. Ik ga vanavond mee-eten en morgen in de stad denk ik. Verder blijkt er ook elke avond een voetwassing te zijn en kun je ook naar een liturgie, dat ga ik waarschijnlijk niet doen. 22 u moet je binnen zijn en om 22.30 gaat het licht uit. Om 9.30 u moet je er uit en kun je pas weer om 15 u terecht, even aanpassen dus. Maar het lijkt me prima voor 2 dagen. Daarna naar airbnb met Margot, een vrij regime dus. Met de andere pelgrims wisselen we wat ervaringen over onze tocht uit, maar de meesten zijn toch te moe en moeten net als ik even acclimatiseren in deze stadse drukte. Ik ga nog even naar buiten voor een terrasje, wat sfeer proeven en wat schrijven, in mijn eentje. Straks even samen eten, bijkletsen en dan vroeg slapen en rustig bijkomen.


26 sept, reisblog over alweer 6 dagen, van 21 - 26 sept. Van Lucca naar Buenconvento
De tijd gaat nu sneller lijkt wel. Ik heb nog 250 km voor de boeg in waarschijnlijk 10 dagen. Op zich valt dat mee met een gemiddelde van 25 km, maar het is wel strak plannen, want af en toe zijn het zwaardere trajecten, waar ik op de avond er voor met voldoende eten en slapen, op tijd vertrekken op moet voorbereiden. De meeste dagen probeer ik rond de 25 - 30 km te lopen om te sparen voor het bezichtigen van de mooie plaatsen onderweg. Alleen op 22 sept heb ik een record van 50 km gelopen naar Chianni. Ik had die dag veel energie, de avond er voor goed gegeten en ben op tijd gaan slapen, blijkbaar een goeie combinatie. Het was echter wel een lange dag van 7 u ochtend tot 8 u avond. In de Ostello in Chianni kom ik dan ook net in donker binnen en kan meteen aanschuiven aan het avondeten.
Ik zit nu volop in Toscane en loop door een mooi glooiend landschap met ook wel stijgen en dalen, door bos, langs akkers en vaak kleine gehuchten van een paar huizen. De glooiingen van de hellingen met klei afgewisseld met gras, bos en boerderijen zijn prachtig en geven een bijzonder effect. In een galerie in Lucca heb ik daarvan prachtige foto's op textiel gezien. In de verte zie ik bergen liggen. Ik weet nog níet of ik daar overheen moet lopen. Ze lijken me aanzienlijk hoger dan de heuvels waar ik nu over heen wandel. De boeren zijn druk met de druivenoogst en af en toe ruik ik de most van de druivenschillen. De streek is ook toeristisch-recreatief met veel meer agriturismo op grote landgoederen. Af en toe kom ik ook kuddes met schapen of geiten tegen. Soms zie ik in het land ook kleine bouwsels van schuurtjes en dergelijke, waar ook mensen lijken te wonen, vaak zie ik dan oudere mensen. Mogelijk te weinig geld voor een stenen huis. Overigens kan ik me voorstellen dat je op het platteland met eigen groenten en wat het bos biedt in een groot deel van de voeding kunt voorzien. De steden waar ik doorheen kom, zoals Lucca, San Gimignano, San Miniato en Siena lijken me redelijk welvarend dank zij het toerisme bezoek van veel buitenlanders. Lucca en San Gimignano zijn historisch en cultureel zeer interessant. Ik bezoek er de kathedraal en een museum en zie hele mooie fresco's op plafond en wanden, indrukwekkend zoveel bij elkaar. In San Simignano beklim ik een van de 13 torens die nog resteren van de 72 uit de middeleeuwen, vrijwel altijd gebouwd in opdracht van welgestelde bewoners. Ik heb in de namiddag zon een prachtig uitzicht over de stad.
Onderweg ontmoet ik steeds meer wandelaars, vooral sinds Sarzane aan de kust. Een deel buitenlanders, maar ook Italianen die een paar dagen wandelen en dan weer gaan werken of studeren. Dat betekent dat ik ook vaker een reservering voor de nacht moet afwegen. Meestal begin van de middag begin ik maar te bellen of ik ga naar een toerist informatie in de betreffende stad.
En elke keer weer leuke ontmoetingen. Zoals in de Ostello in Chianni, waar een grote groep schoolkinderen van 16 jaar slaapt op wandeltocht van Lucca naar Siena. Ik heb een leuk gesprek met Frederico die nadenkt over zijn vervolgopleiding, filosofie of geschiedenis. Tegelijk staat zijn hoofd helemaal niet naar die afwegingen, want hij is druk met andere ingrepen in zijn jonge leven. Zijn moeder en oma vorig jaar overleden en zijn opa in het laatste stadium van Alzheimer in een opvangtehuis. Een opa die hem nog niet zo lang geleden nog kon helpen met wiskunde. Hij raakt zichtbaar aangedaan. Verder raak ik in gesprek met een viertal Noren, die een deel van de via francegina lopen tot Siena, leuk gesprek. 2 dagen later kom ik ze weer tegen en eten we samen in een leuk stadje Monterignone waar ik in de Ostello slaap. Dan blijkt dat de mannen beide luthers priester zijn en de vrouwen op de universiteit en in de gezondheidszorg werken. Ze vertellen over hun motieven en dan blijkt ook dat het voor hen ook een inspiratiereis is voor hun werk. Onderweg stoppen ze ook om samen te bidden en te mediteren. Een van de priesters wil volgend jaar een sabbatical doen en zoekt naar informatie. We wisselen een adres uit, iets wat ik meestal niet doe. We nemen ' s avonds hartelijk afscheid.
In San Simignano overnacht ik in een klooster van de zusters Benedictijnen. Interessant want zij komen na hun intreden nooit meer buiten de muren van het klooster complex met tuinen en alle benodigdheden, zoals voedsel wordt van buiten aangeleverd en zijn vaak giften. De zuster die mij inschrijft is al sinds 30 jaar niet meer buiten geweest. In Siena overnacht ik opnieuw bij de zusters maar nu van een andere orde. Deze komen wel buiten, geven les op een lagere school of doen charitatief werk, zoals pelgrims opvangen. In San Miniato raak ik als ik pauzeer op een bankje in gesprek met een paar bouwvakkers die daar aan het werk zijn. Ze zijn zeer geïnteresseerd en bieden me een koffie aan, en mocht ik bij Ponte d'Arabia langs hun huis komen dan moet ik zeker blijven overnachten. Doordat ik af en toe veel km's maak ten opzichte van anderen ontmoet ik ook vaker andere pelgrims met nieuwe gespreksstof in de avond, leuk.
's Avonds in Siena na een heerlijke maaltijd bij de zusters ga ik vroeg slapen om 's morgen ook vroeg op te kunnen staan en te kunnen vertrekken. Op naar Ponte d'Arabia, 28 km verder. Uiteindelijk blijk ik dan om 14 u nog zoveel energie te hebben en er blijkt een volksfeest te zijn, zodat ik 5 km doorloop naar Buenconvento. Het blijkt een fantastische belevenis te zijn. Logeren met 5 andere pelgrims in het parochiehuis, waar behalve de priester (Domenico) ook een aantal Japanners logeren die een paar dagen per jaar hier aan stenen sculpturen werken voor de via Francegina. Leuke mensen. Zij vertellen dat er ook in Japan wordt geplegrimeerd, maar dan in een boedhistische traditie. Het volksfeest in Buenconvento is een grote happening met eten verzorgd door de 4 wijken van de stad, die in competitie 2 weekeinden koken en aan lange tafels eten serveren voor een vaste prijs van € 18 voor een 3-gangen menu met wijn. Daarnaast is er een grote markt en muziek. Ik blijk uiteindelijk samen met de andere pelgrims (2 Franse vrouwen en een Italiaan) te eten in het parochiehuis. We eten van een van de wijk keukens aangevuld met het eten dat de Japanners hebben gekookt. Het wordt een rijk verzorgde maaltijd met heerlijke Montepulciano wijn van een van de lokale kleine boerderijen, zo vertelt de priester. Vooraf neemt de priester mij nog mee het dorp in om eten bij een van de volkskeukens op te halen. Hij krijgt het gratis voor de pelgrims, bijzonder. De Franse vrouwen blijken overigens vanaf hier af te buigen naar Assisi. Dat is voor hen het eindpunt van de pelgrimstocht. De komende dagen ga ik weer aanzienlijk meer stijgen en dalen, naar zelfs 800 m, dus een paar zware etappes voor de boeg met mooie steden zoals Radicofani, Aquadepedente, Proceno, Bolsena, Viterbo. Ik hoop dat het lukt om samen de tekst ook een aantal foto's op het reisblog te plaatsen. Technisch is dat soms nog een opgave.

Met vriendelijk groet en dank dat jullie mij volgen. En mochten jullie het Alzheimer onderzoek willen steunen dan kunnen jullie onderstaande link volgen naar Alzheimer Nederland en en via actie een bijdrage storten.

Helpen jullie mee het streefbdrag te halen? De streefafstand is gehaald!

Kijk voor sponsoring van mijn actie op de link

http://www.inactievooralzheimer.nl/zoeken?q=rome





Lekker doorlopen en genieten...einddoel in zicht!

Veel leesplezier..het is onderhand een dagboek. Ik schrijf eerst een samenvatting van een aantal dagen en daarna uitgebreider
Smile

26 sept, reisblog over alweer 6 dagen, van 21 - 26 sept. Van Lucca naar Buenconvento

De tijd gaat nu sneller lijkt wel. Ik heb nog 250 km voor de boeg in waarschijnlijk 10 dagen. Op zich valt dat mee met een gemiddelde van 25 km, maar het is wel strak plannen, want af en toe zijn het zwaardere trajecten, waar ik op de avond er voor met voldoende eten en slapen, op tijd vertrekken op moet voorbereiden. De meeste dagen probeer ik rond de 25 - 30 km te lopen om te sparen voor het bezichtigen van de mooie plaatsen onderweg. Alleen op 22 sept heb ik een record van 50 km gelopen naar Chianni. Ik had die dag veel energie, de avond er voor goed gegeten en ben op tijd gaan slapen, blijkbaar een goeie combinatie. Het was echter wel een lange dag van 7 u ochtend tot 8 u avond. In de Ostello in Chianni kom ik dan ook net in donker binnen en kan meteen aanschuiven aan het avondeten.
Ik zit nu volop in Toscane en loop door een mooi glooiend landschap met ook wel stijgen en dalen, door bos, langs akkers en vaak kleine gehuchten van een paar huizen. De glooiingen van de hellingen met klei afgewisseld met gras, bos en boerderijen zijn prachtig en geven een bijzonder effect. In een galerie in Lucca heb ik daarvan prachtige foto's op textiel gezien. In de verte zie ik bergen liggen. Ik weet nog níet of ik daar overheen moet lopen. Ze lijken me aanzienlijk hoger dan de heuvels waar ik nu over heen wandel. De boeren zijn druk met de druivenoogst en af en toe ruik ik de most van de druivenschillen. De streek is ook toeristisch-recreatief met veel meer agriturismo op grote landgoederen. Af en toe kom ik ook kuddes met schapen of geiten tegen. Soms zie ik in het land ook kleine bouwsels van schuurtjes en dergelijke, waar ook mensen lijken te wonen, vaak zie ik dan oudere mensen. Mogelijk te weinig geld voor een stenen huis. Overigens kan ik me voorstellen dat je op het platteland met eigen groenten en wat het bos biedt in een groot deel van de voeding kunt voorzien. De steden waar ik doorheen kom, zoals Lucca, San Gimignano, San Miniato en Siena lijken me redelijk welvarend dank zij het toerisme bezoek van veel buitenlanders. Lucca en San Gimignano zijn historisch en cultureel zeer interessant. Ik bezoek er de kathedraal en een museum en zie hele mooie fresco's op plafond en wanden, indrukwekkend zoveel bij elkaar. In San Simignano beklim ik een van de 13 torens die nog resteren van de 72 uit de middeleeuwen, vrijwel altijd gebouwd in opdracht van welgestelde bewoners. Ik heb in de namiddag zon een prachtig uitzicht over de stad.
Onderweg ontmoet ik steeds meer wandelaars, vooral sinds Sarzane aan de kust. Een deel buitenlanders, maar ook Italianen die een paar dagen wandelen en dan weer gaan werken of studeren. Dat betekent dat ik ook vaker een reservering voor de nacht moet afwegen. Meestal begin van de middag begin ik maar te bellen of ik ga naar een toerist informatie in de betreffende stad.
En elke keer weer leuke ontmoetingen. Zoals in de Ostello in Chianni, waar een grote groep schoolkinderen van 16 jaar slaapt op wandeltocht van Lucca naar Siena. Ik heb een leuk gesprek met Frederico die nadenkt over zijn vervolgopleiding, filosofie of geschiedenis. Tegelijk staat zijn hoofd helemaal niet naar die afwegingen, want hij is druk met andere ingrepen in zijn jonge leven. Zijn moeder en oma vorig jaar overleden en zijn opa in het laatste stadium van Alzheimer in een opvangtehuis. Een opa die hem nog niet zo lang geleden nog kon helpen met wiskunde. Hij raakt zichtbaar aangedaan. Verder raak ik in gesprek met een viertal Noren, die een deel van de via francegina lopen tot Siena, leuk gesprek. 2 dagen later kom ik ze weer tegen en eten we samen in een leuk stadje Monterignone waar ik in de Ostello slaap. Dan blijkt dat de mannen beide luthers priester zijn en de vrouwen op de universiteit en in de gezondheidszorg werken. Ze vertellen over hun motieven en dan blijkt ook dat het voor hen ook een inspiratiereis is voor hun werk. Onderweg stoppen ze ook om samen te bidden en te mediteren. Een van de priesters wil volgend jaar een sabbatical doen en zoekt naar informatie. We wisselen een adres uit, iets wat ik meestal niet doe. We nemen ' s avonds hartelijk afscheid.
In San Simignano overnacht ik in een klooster van de zusters Benedictijnen. Interessant want zij komen na hun intreden nooit meer buiten de muren van het klooster complex met tuinen en alle benodigdheden, zoals voedsel wordt van buiten aangeleverd en zijn vaak giften. De zuster die mij inschrijft is al sinds 30 jaar niet meer buiten geweest. In Siena overnacht ik opnieuw bij de zusters maar nu van een andere orde. Deze komen wel buiten, geven les op een lagere school of doen charitatief werk, zoals pelgrims opvangen. In San Miniato raak ik als ik pauzeer op een bankje in gesprek met een paar bouwvakkers die daar aan het werk zijn. Ze zijn zeer geïnteresseerd en bieden me een koffie aan, en mocht ik bij Ponte d'Arabia langs hun huis komen dan moet ik zeker blijven overnachten. Doordat ik af en toe veel km's maak ten opzichte van anderen ontmoet ik ook vaker andere pelgrims met nieuwe gespreksstof in de avond, leuk.
's Avonds in Siena na een heerlijke maaltijd bij de zusters ga ik vroeg slapen om 's morgen ook vroeg op te kunnen staan en te kunnen vertrekken. Op naar Ponte d'Arabia, 28 km verder. Uiteindelijk blijk ik dan om 14 u nog zoveel energie te hebben en er blijkt een volksfeest te zijn, zodat ik 5 km doorloop naar Buenconvento. Het blijkt een fantastische belevenis te zijn. Logeren met 5 andere pelgrims in het parochiehuis, waar behalve de priester (Domenico) ook een aantal Japanners logeren die een paar dagen per jaar hier aan stenen sculpturen werken voor de via Francegina. Leuke mensen. Zij vertellen dat er ook in Japan wordt geplegrimeerd, maar dan in een boedhistische traditie. Het volksfeest in Buenconvento is een grote happening met eten verzorgd door de 4 wijken van de stad, die in competitie 2 weekeinden koken en aan lange tafels eten serveren voor een vaste prijs van € 18 voor een 3-gangen menu met wijn. Daarnaast is er een grote markt en muziek. Ik blijk uiteindelijk samen met de andere pelgrims (2 Franse vrouwen en een Italiaan) te eten in het parochiehuis. We eten van een van de wijk keukens aangevuld met het eten dat de Japanners hebben gekookt. Het wordt een rijk verzorgde maaltijd met heerlijke Montepulciano wijn van een van de lokale kleine boerderijen, zo vertelt de priester. Vooraf neemt de priester mij nog mee het dorp in om eten bij een van de volkskeukens op te halen. Hij krijgt het gratis voor de pelgrims, bijzonder. De Franse vrouwen blijken overigens vanaf hier af te buigen naar Assisi. Dat is voor hen het eindpunt van de pelgrimstocht. De komende dagen ga ik weer aanzienlijk meer stijgen en dalen, naar zelfs 800 m, dus een paar zware etappes voor de boeg met mooie steden zoals Radicofani, Aquadepedente, Proceno, Bolsena, Viterbo. Ik hoop dat het lukt om samen de tekst ook een aantal foto's op het reisblog te plaatsen. Technisch is dat soms nog een opgave.
21 sept Van Lucca naar Altopascio
's Morgens wel vroeg, maar toch laat weg. Eerst proberen foto's te versturen, lukte niet en dus later op de dag alsnog via iCloud. In Lucca is veel moois te zien: kathedraal en museum bekeken en relaxter rond gewandeld en op terrasje koffie gedronken. Kathedraal was mooi maar niet indrukwekkend. Ondertussen ben ik verwend. Het museum was wel bijzonder met mooie kerkelijke stukken en boeken. De sfeer in Lucca op maandagmorgen is ontspannen. Het dagelijkse leven komt weer op gang na een weekend vol primair toeristen. Na een lunch van yoghurt, brood, melk en pruimen vertrek ik in een warme middag. Een relaxte wandeling over voornamelijk paden en weinig asfalt. Dat bevalt me wel, is minder warm en ook minder gevaarlijk wanneer her over drukke wegen gaat zonder voetpad. De beelden kan ik niet reproduceren daarvoor heb ik dé foto's nodig. Onderweg passeerde ik nog 2 vrouwen, die ik later ook tref in de Ostello. Onderweg toch voor de zekerheid bellen voor reservering in Altopascio. Gelukkig plek. Om 17 u kom ik aan én loop naar het gemeentehuis waar de bibliotheek is gehuisvest. Daar wordt ik ingeschreven en krijg onder begeleiding naar de Ostello een sleutel. De vrouw van de bib is niet vriendelijk, eerder hooghartig. Ik stoor me er maar niet aan. Binnen zijn al 3 Franse vrouwen, die ook uit Lucca zijn komen lopen. Het onderkomen is comfortabel en de 10 € waard lijkt me. 's Avonds eten in restaurant vlakbij, heerlijk gegeten maar men sprak totaal geen Engels of Frans, dus hielpen andere gasten mij, aardig. Het eten was heerlijk, een behoorlijke uitgave van € 27 deze keer, maar de moeite waard. Om 10 u slapen.

22 sept, Altopascio naar ...... Chianni

Heerlijk geslapen, om 6 u al op, snel douchen en deze keer om 7.15 u na een kort yoghurt ontbijt en een heerlijke machiato op pad in de frisse ochtend zon. De Franse vrouwen zijn dan al vertrokken. Het eerste stuk van 5 km is grotendeels over de weg, maar daarna gelukkig afbuigen door de akkers en de bossen, heerlijk rustig en niet gevaarlijk met al dat snelle autoverkeer. Uiteindelijk kom ik na enkele koffiepauzes in kleine stadjes rond 14 u aan in Fucecchio. Daar ook even een brioche met een cafe machiato en vervolgens door naar San Miniato Basso en daarna Alto, dus op de top. Onderweg liep ik verkeerd en aangesproken door een vrouw in auto die vroeg of ik wat nodig had en daarbij vertelde ze enthousiast dat haar zoon gisteren Rome had bereikt. Ze was zichtbaar trots, leuk die zorg. In SAN Miniato zit ik op een bankje te pauzeren en raak ik in gesprek met 2 bouwvakkers, die ik vertel over mij. Tocht. Ze bieden me een koffie aan en willen zelfs wel voor overnachting zorgen mocht ik de komende dagen in de buurt van hun thuis komen. Ik besluit om door te lopen naar Chianni, lijkt me ver maar redelijkerwijs haalbaar. De Ostello is echter vol, ook na aandringen lukt het niet. Ik krijg een tel nr voor een prive adres. Helaas werkt het niet.mik ga tocht maar op pad. Maar om 16 u spreek ik toch italianen aan die alsnog voor me bellen ook naar het Ostello in Chianne. Uiteindelijk krijg ik toch een veldbed en kan ik gerust verder lopen. Het is wel nog 17 km, dus flink doorstappen wil ik voor donker binnen komen. Ik maak een foto van e maar moet beloven het niet op Facebook te plaatsen, doe ik. Ik loop met een flinke tred verder, het voelt goed en het eten en de slaap gisteren helpen me goed. Onderweg prachtige vergezichten, en af en toe een foto. Uiteindelijk moet ik stevig doorstappen en kom om 20 u in donker binnen, net op tijd om voor het eten aan te schuivén. Het eten (pasta, schnitzel, aardappelen, brood en sla) is heerlijk.'
Ik wordt aan tafel gezet bij een grote groep scholiere uit Milaan op wandelreis van Lucca naar Siena. De meesten ongeveer 16 / 17 jaar van een middelbare, vergelijkbaar met havo / vwo. Ze studeren nog ongeveer 3 jaar en gaan dan naar een beroepsopleiding, universiteit of werken. Leuke jongens en meisjes en heel geïnteresseerd in wat en waarom ik dit doe. De jongen (Frederico) met wie ik praat aan tafel weet nog niet wat hij gaat doen. Hij is zelf geïnteresseerd in muziek maken, filosofie en geschiedenis maar zijn vader pleit voor een economische opleiding. Hij heeft nog tijd genoeg om te kiezen, eerst rondkijken, genieten, reizen. Ik begrijp uit zijn verhaal dat nog niet zo lang geleden zijn moeder en en zijn oma zijn overleden en dat zijn opa in het laatste stadium van Alzheimer zit en in een tehuis woont. Hij is daar wel verdrietig over want eerder kon zijn opa hem nog helpen met wiskunde en nu herkent hij hem niet meer en moet het eten ook gevoerd worden. Om te verwerken schrijft hij gedichten en praat graag met mensen uit andere culturen. Zijn Engels is zeker voor een scholier goed te noemen.
Na het douchen spreek ik ook een paar Noren uit Kristiansand die een deel van de Via Francigena lopen. Leuk om weer wat uit te wisselen over Noorwegen, het wandelen, het leven daar, enz. Na nog een glaasje wijn en even schrijven ga ik slapen. Het matras gooi ik al snel op de vloer, omdat het bed doorgezakt is, vervolgens slaap ik prima. Ik slaap met een Italiaan op de kamer, die eerder zijns hoeven stuk heeft gelopen en deze de laatste 10 km met wat ijzerdraad omwonden heeft om hier te kunnen komen. Hij probeert zijn schoenen zelf te repareren, maar besluit uiteindelijk om in San Gimignano voor nieuwe schoenen te gaan kijken. Hij blijkt overigens ook een jaar op een Erasmus beurs in Delft te hebben gestudeerd en werkt nu bij een drilling company in Milaan. Morgen naar San Gimignano, een korte tocht van 15 km en rondkijken in een mooie historische stad naar het schijnt.

23 sept, van Chianni naar San Gimignano

Half zeven opgestaan, snel gedoucht en vervolgens nog even ontbeten. Daarbij nog een paar leuke gesprekken met de noren en een Italiaan. Ze lopen een klein deel van de Via Francegina, tot Siena. Ik zal ze onderweg nog tegen komen. Om 8.30 u langzaam op pad, eerst een heel stuk naar boven richting Gambassi Terme. Daar even een café machiato, heerlijk op een terrasje met uitzicht op het dorp en de vallei. Het weer is bewolkt en zelfs een beetje fris. Vervolgens al snel van de weg af opnieuw zo'n mooi glooiend greffel pad op. Al snel loop ik 3 dames nader in, afkomstig uit Australië, vriendinnen op reis in Europa, ze lopen met hun lichte bepakking in een stevige pas. Ze zijn in Lucca gestart en lopen naar Siena. Net zoals ik stoppen ze ook regelmatig voor weer een foto. We maken er grapjes over. Het landschap is wederom mooi, maar vanmorgen redelijk zwaar bewolkt en in het westen zelfs dreigend. In de verte begint het te rommelen en later zelfs te regenen, al snel overgaan in een stevige bui. Toch met jas aan doorlopen want de onweer komt ook dichterbij en daar heb ik geen trek in. Ik hoop snel San Gimignano te bereiken. Hoewel ik de stad boven zie liggen blijkt deze maar langzaam dichterbij te komen. Onderweg halen ook 2 Engelsen / Italianen en 2 Amerikanen uit Massachusetts me in, we wisselen een paar woorden. Uiteindelijk wel een beetje nat bereik ik de poort van de stad rond 13 u. Het zíet er met de drukte op straat en de winkelende mensen gezellig uit, ook door de smalle en oplopende straatjes met veel oude stijl. Snel door naar de toerist informatie. Daar hoor ik dat het klooster van de Augustijnen geen overnachting meer biedt maar wel de monesteria / foresteria van San Girolamo, ofwel de zusters Benedictijnen. Ik wordt door een aardige oudere zuster geholpen en krijg een driepersoons kamer met de mededeling dat er eventueel meer bij kunnen komen. De volgende dag hoor ik van een Italiaan die er ook logeerde dat deze zusters benedictijnen na intreden nooit meer buiten de muren komen, alleen nog in de binnentuin. Zij is al 30 jaar niet buiten de muren in San Gimignano geweest, ook niet voor boodschappen en bezoek van anderen. De boodschappen worden door buitenstaanders gebracht en zijn veelal giften, De douche is aangenaam en tegelijk was ik mijn kleren, want ondertussen zijn ze toch smerig en ik denk dat ik stink. Daarna de stad in, eerst koffie en een broodje en daarna de stadswallen op, naar de duomo, het museum en vervolgens helemaal omhoog te toren in, een hele klim. De kerk biedt een schat aan fresco's op alle wanden en de plafonds, allemaal uit de middeleeuwen. Vervolgens naar het museum waar opnieuw bijzondere stukken (fresco's, wandkleden en objecten), overigens ook buiten aan de buitenmuren zijn te bewonderen. Ondertussen is onder een bewolkte hemel de zon weer gaan schijnen en heb ik boven op de toren een prachtig uitzicht over de stad met zijn torens en de ommelanden tot aan de Apennijnen, een leuke toegift vandaag. In de middeleeuwen waren er 72 torens, die gebouwd zijn door welgestelde mensen als blijk van rijkdom en welstand, nu zij er nog 13 over. De hoogte bepaalde mede de status van de eigenaar. Er werd in gewoond, maar ook gewerkt en gehandeld. Vervolgens even terug naar mijn onderkomen, rusten en een bakje thee drinken. Ik krijg van de zuster nog een stuk warme pizza aangereikt. Voor mij is het een basis voor de avond maaltijd. Als ik even ga rusten val ik bijna in slaap. Toch heb ik zin om nog even lekker te gaan eten en een glas wijn te drinken. Vanmiddag heb ik een leuk en rustig restaurant naar mijn smaak gezien. Daar eet ik een voedzame risotto met gemengde salade, voldoende bodem voor morgen lijkt me. De rode wijn is heerlijk aangevuld met een flesje water. Voldaan ga ik naar mijn kamer om te slapen en morgen vroeg na een ontbijt te vertrekken naar Abadia Isola, bij de confraters van San Iacopo, een wandeling van 27 km.

24 sept, van San Gimignano naar Abadia Isola of toch verder?
6 u op douchen, inpakken en dan ontbijten. Het is eenvoudig maar gevaríeerd. Er zit ook een Fransman / Italiaan te eten die ook weer op pad gaat. We eten zwijgend en nemen dan afscheid. In de stad begint men net de weekmarkt op te bouwen, het ziet er gezellig uit. Op de markt drink ik nog een machiato en maak dan aanstalten om op pad te gaan. Dan wenkt een Chinees voor me voor een mooi uitzicht en ik wijk af. Het is weer bijzonder, laag hangende mist in het dal met de ochtend er op. Ik maak veel foto's, net zoals de Chinees die mij de mooie plekken wijst. Daarna nog even een broodje en yoghurt voor tussen de middag kopen en dan echt op pad. Al snel loopt de Fransman op mij in en we maken samen nog een aantal mooie foto's. Dan gaat de pas er echt in, want anders kom ik nooit verder, ik heb er zin in. Het gaat voortdurend op en neer over paden, vaak in de schaduw van de bomen of langs akkers met een aangenaam briesje. Onderweg zijn de boeren dru k doende met de druivenoogst, handwerk met manden, die geleegd worden in een bak achter op de tractor. Het is genieten. Tegen 12 u kom ik aan bij Quartaia. Ik drink heerlijke koffie, eet een broodje en koop wat melk voor de lunch. Als ik af en toe foto's maak blijkt dat ik regelmatig San Gimignano in de verte kan zien, een heel strategische locatie dus in vroeger tijden. Onderweg nog een gesprekje met een boer die bezig is walnoten van de boom te schudden. We proberen in gebrekkig Italiaans / Frans een praatje te maken. Hij wil me walnoten geven en wijst me ook op zijn akker met olijfbomen. We blijken slecht een jaar te verschillen en hij vindt dat met pensioen gaan voor hem nog niet aan de orde is, dit werk houdt hem fit. We nemen vriendelijk afscheid. De tocht valt mij minder zwaar dan gisteren, door zowel de lagere temperatuur als de aangename bries en een beetje bewolking. Rond 14 u ga ik dan toch even lunchen langs de weg. Een oude man komt belangstellend een praatje maken, maar helaas kunnen we elkaar niet verstaan. Af en toe rommelt het in dé lucht en een spatje regen. Ik wil daarom snel door. Uiteindelijk bereik ik rond 15.30 u de abdij. Ik neem een kijkje binnen en zie veel paters in habijt en zelfs een luitspeler rondlopen.
Er zijn verder veel restauratiewerkzaamheden, bedoeld voor nieuwe pelgrim onderkomens. Ik kan de kerk niet in en de monniken lijken meer geïnteresseerd in elkaar dan mij. Ik besluit daarom, maar ook omdat ik nog wel energie heb voor 5 km extra om door te lopen naar Monterignone. Achteraf blijkt dat er tv opnames worden gemaakt, dat verklaart deels de uitstraling van de 'paters'. Als ik bel naar de Ostello in Monterignone geen gehoor, toch loop ik op goed geluk verder en hoop dat ik op tijd bij een toerist informatie terecht kan. Om half 5 loop ik het ommuurde stadje door een poort binnen en kom aan op een mooi rustig plein. De toerist informatie wijst me meteen door naar de Ostello, vlak achter het gebouw. Ik wordt geholpen door een aardige mevrouw, die zeer bewonderend is over de lange tocht in italie en daarvoor. Snel mijn bagage wegzetten en dan koffie met taart. Vervolgens mijn gps kaarten bijwerken voor de komende dagen en dan even Skypen met Margot, Stephanie en Marjolein, die samen gaan eten in verband met Stephanie's verjaardag morgen. Leuk gesprek. Daarna loop ik nog even rond op het plein en kom de Noren weer tegen. We raken weer in gesprek en zij nodigen me uit om samen met hen te gaan eten. Pizza, want dat is op dit vroege tijdstip van 18 u de enige optie. Eigenlijk heb ik al te vaak pizza gegeten, maar ik wil geen spelbreker zijn, dus eet mee. Het wordt een gezellige maaltijd met uitwisseling van elkaars bezigheden, thuis, kinderen. De mannen blijken Luthers priester te zijn in Kristiansand, Oslo, Tromsø en de vrouwen respectievelijk werkzaam in de gezondheidszorg voor mensen met hersenproblemen en als docent op de universiteit van Kristiansand voor het leren aan mensen met een handicap. We wisselen geanimeerd van alles uit. Het ene stel heeft 3 zonen, de andere 3 dochters. Een van de mannen gaat volgend jaar een sabbatical doen en wil graag een pelgrimstocht lopen en vraagt of hij mij daarover mag raadplegen, prima. We wisselen adressen uit. Wie weet komen ze langs. En anders voor ons ook een leuk contact in Noorwegen. En ze bieden ook contact aan met Marjolein mocht die in Oslo een post doc gaan doen.
Smile

Zij verhalen over het mooie noorderlicht en de walvissen. Een van hen zit met tussenpozen steeds in Tromsø. Ik heb hun ook maar uitgenodigd mochten zij in Nederland komen, lijkt me inspirerend.
Daarna even douchen en vervolgens nog in een restaurant de dagrapportage bijwerken. En kan ik morgenmiddag in Siena beginnen met het reisblog. Nu lekker slapen met een extra deken, want het is koud buiten en morgen vroeg op pad.

25 sept, van Monterignone naar Siena, 21 km
6 u op, maar helaas geen volledig ontbijt, een beetje yoghurt en een kop thee. De bar in het dorp gaan pas om 9 u open en er is hier ook geen winkel. Dan maar lopen en hopen op koffie onderweg. Het weer is goed, wel fris en ik heb minder energie dan gedacht. De tocht gaat vooral over paden en op en neer, afwisselend door bos en langs akkers. De uitzichten zijn mooi. Hoewel de afstand niet groot is kost het met veel energie. Onderweg geen koffie, hoewel ik wel agriturismo tegen kom, maar die liggen vaak ver van de weg en de vraag is of zij apart koffie schenken. Dus to h mMar doorlopen. Het landschap is mooi, ik kom geen pelgrims tegen, onderweg eet ik het restant koekjes, 2 appels, en de yoghurt. Het is niet voldoende want de laatste km's die vooral omhoog gaan vallen me zwaar. Vlak na de poort van Siena meteen naar een terras en meteen even een heerlijk broodje met 2 koffie. Even bijkomen. Vervolgens nog 2 km naar het centrum. Eerst de kathedraal, heel mooi, maar ik ben te moe om mee te doen, dus eerst naar toerist info en nog een koffie. Ze reserveren een bed voor mij bij de zusters van de acclogienza S. Louisa. Dit maal zusters die wel buiten komen en leggen op een lagere school en verder charitas doen, waaronder pelgrims opvangen. Ik loop nog even rond en besluit sn toch om naar mijn onderkomen te gaan, boodschappen doen even rusten en dan zien we verder. Vanavond eet ik met de zusters mee.

26 sept, van Siena naar Buenconvento, 33 km
Lekker lang geslapen dus om 6 u voor de wekker wakker. Douchen en dan een ontbijt van brood, thee, yoghurt, pruimen. Gisteravond heb ik al voor de lunch ingepakt. Eigenlijk heb ik teveel gekocht, dus eet ik iets extra en de rest in de rugzak. De Finse vrouw en de Canadezen gaan vroeg op pad. Ik heb ze de rest van de dag niet meer gezien. Waarschijnlijk volgens plan gestopt in Pont d'Arabia bij het klooster. In het begin snel klimmen over kleine asfaltwegen, met mooie vergezichten. Weinig bos en veel open terrein. Na een uur de paden op, golvend op en neer, heerlijk rustig met een lekker briesje in een aangenaam zonnetje. Rond een uur of 10 kan ik eindelijk op een industrieterrein een koffie krijgen. Meteen maar 2 met een broodje. Af en toe loopt de route anders, maar deze is verder goed gemarkeerd. Rond 11 u wijk ik even van de route af en loop een heuvel met kruis en een boom op. Vandaar moet ik een mooi vergezicht hebben want ik zie er ook een vrouw fotograferen. Als ik een praatje met haar maak blijkt zij 2 km verder te wonen en hier elke dag naar toe te wandelen. Zij wijst me op het volksfeest in Buonconvento. Daarmee besluit ik om daar definitief naar toe te gaan, dus 33 ipv 28 km. Ik schat in dat ik 4 u aankom. Onderweg loopt er nog een Italiaan (Simon) achterop. Hij komt uit Milaan en is begonnen in Siena. Hij heeft het gewicht voor de 10 dagen dat hij loopt beperkt tot 10 kg. Tot de lunch loop ik met hem op, dan ga ik alleen verder en zie hem weer op een terras in de stad. Ik stop vaak om een foto te maken. De glooiingen van de hellingen met klei afgewisseld met gras, bos en boederijen zijn prachtig en geven een bijzonder effect. In een galerie in Lucca heb ik daarvan prachtige foto's op textiel gezien. In de verte zie ik bergen liggen. Ik weet nog níet of ik daar overheen moet lopen. Ze lijken me aanzienlijk hoger dan de heuvels waar ik nu over heen wandel.
Ik kom verder nauwelijks mensen tegen, maar bij Pont d'Arabia spreek ik in gebrekkig Italiaans met een man die zijn hond uitlaat, leuk. Later zie ik hem weer met zijn vrouw in Buenconvento. Hij groet heel vriendelijk. Even rondlopen in de stad en dan op zoek naar de parochie. Na wat rondvragen wordt ik naar een steegje geleid en vervolgens naar een bovenverdieping, waar ik maar een bed moet uitzoeken in een van de 2 kamers. Er liggen al meerdere rugzakken, dus ik ga toch nog op zoek naar de priester maar deze is niet te vinden. Iemand gaat voor mij op zoek. Hij zoekt in de kerk maar kan hem ook niet vinden. Ik laat dus voor de zekerheid mijn naam achter zodat deze kan worden doorgegeven aan de priester en ik verzekerd ben van een slaapplek. Na een uur rondlopen kom ik in het parochiehuis een aantal Japanners tegen die hier aan steensculpturen voor de via Francegina blijken te werken gedurende een paar dagen per jaar. Zij zijn ook in de keuken bezig met de voorbereidingen voor het eten en suggereren dat we met de priester mee kunnen eten met een groep. Ik wacht af met als alternatief dat ik alsnog in het stadje ergens op een bank aanschuif en daar € 18 betaal. Maar daar heb ik nu weinig zin in. Als later 2 franse vrouwen binnen komen regelen deze alsnog de maaltijd met de priester. Zij blijken morgen af te slaan naar Assisi op de Franciscus route en niet naar Rome te gaan. Ik begrijp uit de symbolen (het kruis in een afwijkende vorm, dat deze tocht een speciale betekenis heeft voor hen. Zij blijken de hele route van St. Franciscus van Le Puy en Velais naar Assisi te lopen. De een is gepensioneerd en de ander werkt in een bibliotheek. Elk jaar lopen ze een stuk van de route. Het zijn gezellige dames, die veel lachen. Ze spreken vrijwel alleen Frans en een beetje Engels. De 2 duitse vrouwen kom ik in de stad tegen. Een van hen heeft problemen met de voeten en heeft vandaag een stuk de bus genomen. Ze blijkt onvoldoende getraind en heeft veel last van voeten en rug. In de stad is het gezellig druk in verband met het volksfeest, met onder meer een warenmarkt, een wielerwedstrijd en een hardloop wedstrijd. Rond een uur of zeven gaan we naar beneden voor de maaltijd. De priester heeft zelf een aantal gasten, dus eet niet met ons mee. We eten met 4 pelgrims, de Franse vrouwen Geneviève, Mariëlle, Simon en ik. We eten pasta, konijn, Japanse en Italiaanse hapjes en fruit, aangevuld met wijn en water. De pasta komt uit de keuken die ook voor de eigen wijk van het feest kookt en voor de hapjes neemt de priester mij mee de stad in om bij een van de wijk keukens wat op te halen. Iedereen groet hem hartelijk en we krijgen de schalen met hapjes gratis voor de pelgrims maaltijd. De priester vertelt ook nog dat dit feest 1 maal per jaar plaats vindt, waarbij de 4 wijken van de stad in competitie met elkaar 2 weekeinden eten maken. Een paneel eet uit alle keukens en kiest een winnaar. Ik maak verschillende foto's van zowel het feest als het eten. Daarna heerlijk slapen.

27 sept, van Buenconvento naar San Quirico d'Orca, 22 km

De volgende ochtend hebben we met zijn allen om 7 u nog een uitgebreid ontbijt met de priester, met koffie, thee, fruitsalade, brood, en koekjes. Zelfs op de vroege ochtend praten we over de vluchtelingen / migranten problematiek, de economische ontwikkeling van italie, de werkcultuur, de jeugd. De priester (Domenico) geeft aan dat lokaal de spanningen ook wel toenemen met het toenemende percentage vluchtelingen / immigranten (nu 10%). Naar zijn mening moet de oplossing komen van meer inzet van Europa en de landen in eigen opvang, maar ook in extra stimulans van de economische en bestuurlijke ontwikkeling van de vertreklanden. Rond half 9 vertrek in uiteindelijk alleen. Het is lekker weer om te lopen. Ik kom langzaam op gang. De koffie zal nog even duren. Later blijkt dat ik die pas ruim halverwege in Torrenieri zal genieten. Daar kom Simon en een andere pelgrim ook weer tegen. Ik loop alleen verder richting San Quirico d'Orca en hoewel ik pas later onderweg wil gaan lunchen stel ik dat steeds meer uit, even doorlopen naar de stad denk ik. Onderweg stop ik even bij 2 dames (Mieke en Neline) die uit Nederland blijken te komen (Delft en Amsterdam), beiden gepensioneerd en al sinds de HBS vriendinnen. We wisselen in korte tijd van alles uit. Ze wandelen elk jaar 2 maal een dag of 10 een deel van de via Francegina. Ze willen voor hun 70ste Rome bereiken in een tempo van 15 km per dag. Ze slapen primair in B&B en agriturismo en horen met belangstelling hoe ik vooral bij parochiehuizen en kloosters en ostello's overnacht. Zij vinden het interessant maar kiezen voor wat meer zekerheid over comfort en netheid. Voor met name Neline is dit belangrijk omdat zij de zorg heeft voor haar man die Parkinson heeft. Haar zoon die in het buitenland woont neemt in die tijd de zorgtaken waar. Ik zie dat het haar zwaar valt om er over te vertellen. Mijn verhaal over de sponsortocht voor Alzheimer spreekt hun zeer aan en is met ook Alzheimer in de familie (overleden man van Mieke) zeer herkenbaar. We nemen hartelijk afscheid en zie hen later bij toeval weer in San Quirino d'Orca op een terras. We drinken samen iets en praten nog wat verder over nog zoveel mogelijk uit het leven halen als je nog redelijk gezond bent en vervolgens jezelf en samen aanpassen aan de omstandigheden, ofwel ook met een beperking is er nog veel mogelijk.
Voor de zekerheid bel ik nog even naar de parochie en ik krijg een slaapplek. Even rondlopen over de stadsmuur en nog een koffie. Bij de toerist info kom ik de Finse vrouw (Mariëlle) weer tegen, zij heeft dus afgelopen nacht in Ponte d'Arabia geslapen. Er was daar niets te doen en maar met 3 pelgrims in een heel groot huis vond ze niet zo prettig. De parochie opvang wordt gerund door de zusters Dominicanen. Ik betaal € 12,50 voor een schoon bed met douche en keuken, prima. Als ik me heb geïnstalleerd in de opvang regel ik bij de VVV nog een wificode en ga dan in een café een machiato drinken. Het blijkt in het café een grote verzameling van oude mannen van vooral 70 en ouder te zijn, die met elkaar een kaartje leggen. Sommigen zijn minder goed ter been en lijken ook niet meer zo scherp, maar genieten nog zichtbaar van het kaart gebeuren.
Vervolgens ga ik weer terug om te douchen en kijk of ik straks met een paar mensen kan gaan eten in het stadje. Met de wificode wil ik proberen om straks mijn blog + foto's over te brengen naar Nederland en mijn reisblog.

Met vriendelijk groet en dank dat jullie mij volgen. En mochten jullie het Alzheimer onderzoek willen steunen dan kunnen jullie onderstaande link volgen naar Alzheimer Nederland en en via actie een bijdrage storten.
Groeten van Cees
Kijk voor sponsoring van mijn actie op de linkhttp://www.inactievooralzheimer.nl/zoeken?q=rome

Alvast hartelijk dank en ik lees graag de reacties.

Vervolg...mooie ontmoetingen, mooie natuur, mooi weer en ik ga door!

19 sept, een indruk over de voorbije 6 dagen
Ondertussen ben ik eind van de middag, na een lange wandeling langs de Middellandse zeekust van Sarzane naar Marina di Massa, in Camaoire aangekomen, een historisch en cultureel levendig stadje. Ongeveer 10 km van de Middellandse zee kust. Veel terrasjes, leuke winkelstraten en een ommuurde stad. Ik ben ook daarom gebleven, maar ook omdat de Ostello in Valpromaro, 8 km verder op niet bereikbaar bleek en ik hier in het museum meteen werd geholpen doordat de meneer achter de balie de pastorie ging bellen. Morgen naar Lucca, slechts 23 km hier vandaan, tijd genoeg om even cultuur te snuiven en de volgende dag weer verder. De afgelopen dagen heb ik al weer veel overnachtingsadressen aangedaan: Piacenza / Montale, Fidenza, Fornovo di Taro, Berceto, Pontremoli, Aulla, Marina di Massa en nu dan Camaoire. Vaak geslapen in een parochiehuis of klooster en soms in een Ostello, meestal schoon en comfortabel, maar ook soms vies en oppassen met douchen. Daarom ook nieuwe slippers gekocht. Overigens wisselt dat sterk tussen de 'gratis' overnachtingsadressen. Ik betaal meestal 10 - 15 € voor een slaapplek, uitzonderingen daargelaten. Wat dat betreft zijnde aantallen pelgrims nog te klein om de kwaliteit van de onderkomens te verbeteren. Maar de komende jaren zullen de aantallen zeker stijgen en daarmee de vraag naar kwaliteit. Nu nog onvergelijkbaar met Santiago in Spanje (240.000 aankomsten per jaar). In Italië op basis van de overtochten over de Po slechts 750 in 2014. Maar gezien vele wegen naar Rome leiden is dat slechts een onderschatting en mag je dit wel met 3 vermenigvuldigen. De nederlanders nemen met 7% per jaar een groot deel in ten opzichte van 40% Italianen . Daarbij moet je ook bedenken dat deze pelgrims tocht pas sinds 10 jaar echt op gang komt. In die zin ook een interessant artikel inzet NRC van een paar weken geleden met daarin de opinie dat het toenemende pelgrimeren een uiting is van toenemende individualisering. Dat klopt ongetwijfeld, maar ieder zoekt zijn eigen uniciteit, om vervolgens ook meer samen te kunnen doen, denk ik. Tegelijk moet ook ik bekennen dat ik het prettig vind dat ik hier nog niet zoveel pelgrims tegen kom, dan wordt het een veel massalere beleving. Voldoende reden voor mij om alleen in het voorjaar of najaar te lopen. Verder heb ik sinds 2 dagen de andere pelgrims weer even achter me gelaten omdat ik in Aulla besloot om 16 km extra te lopen. Heerlijk weer even alleen, niet inde groep, niét praten en overleggen, gewoon de stilte, de wind, de geuren en andere geluiden proeven. ' s Avonds kom ik en vaak wel pelgrims tegen en besluit je alsnog om even samen te eten en bonte praten. Overdag gaat ieder dan weer zijns weegs. Alleen kom je ook gemakkelijker in gesprek met lokale mensen. Dat levert vaak leuke gesprekken op.
Onderweg in de gesprekken met de andere pelgrims gaat het vaak onderling over motieven, maar het is vaak een mix van religie opnieuw zoeken, fysieke inzet, nieuwe belevenissen, cultuur, ontmoetingen, jezelf hervinden, nadenken over een volgende levensfase, enz. In de gesprekken onderling tussen pelgrims zíjn naast de vragen naar waar vandaan en waar naar toe, persoonlijke thuisbasis, de zwaarte van de tocht, de motieven de kern van de gesprekken. Verder vind ik het heel interessant om van gedachten te wisselen met jongere mensen die nog volop aan het studeren zijn of in het beroepsleven staan. Wat houdt hen daarin bezig. Vaak veel zorgen over hun toekomst merk ik. Zoals Lucca, 27 jaar bezig met master filosofie en op zoek hoe hij verder wil, dus wandelen om antwoorden te vinden. Gisteravond wandelde hij na onze ontmoeting in Aulla ook hier in Camaoire weer binnen. De volgende dag loopt hij naar vrienden in Lucca en wijkt later af naar Assisi en vandaar naar Rome. Dat lijkt me historisch ook zeer interessant.
Ook gaat het bij tijd en wijle over Alzheimer, zoals tijdens de boottocht over de Po en met de jongens die mij in Felagara hielpen om een overnachtingsadres te vinden. Als het ter sprake komt heeft iedereen wel een voorbeeld in zijn directe omgeving. Verder kwam ik in Villafranca ook een opvangcentrum voor Alzheimer patiënten tegen. Dus het opvanghuis in Zutphen kent veel en ook buitenlandse ervaringen.
Het vinden van een overnachtingsadressen is vrijwel nooit een probleem. Meestal heeft een parochie een onderkomen voor een of meer pelgrims of anders is er een goedkoop Ostello in de buurt. En lokaal zijn er altijd mensen die je graag de goeie richting wijzen. Op de lange stukken door de bergen kan het een probleem zijn, omdat de adressen vaak slecht staan aangegeven en ook niet altijd in het routeboekje staan. Maar vandaag in Lucca waren de parochieplaatsen al bezet en moest ik uitwijken naar een Ostello, dus misschien in de grotere plaatsen wel reserveren. In Felagara, aan het aan eind van de dag, moe na een lange tocht sprak ik een paar schooljongens langs de weg aan. Ze gingen meteen bellen met de Donne (priester), die een half uur later met z'n fiatje kwam aanrijden. Hij bood mij een douche aan en vervolgens bracht hij me naar een parochiehuis een paar km verder op, in Fornovo di Taro. De jongens van een jaar of 16 waren heel geïnteresseerd in de tocht en deden hun best om Engels met me te praten. Ze zaten vrijwel allemaal nog op de middelbare school en dachten na over een beroep, deels ICT, deels nog niet helder. Kortom een leuke ontmoeting met een mooie groepsfoto tot slot.
Op zondag in Berceto, een gezellig bergdorpje, nog heerlijk gekletst en gegeten met Wietske en Henk, onze vrienden uit Zutphen, gezellig om weer even Nederlands te praten in Italië. Daar kregen we via de TV ook de berichten over de zware overstromingen mee van de sterke regenval op zaterdag. Ik was toen al 2 dagen verder. Een complete autoweg weggeslagen en auto's bedolven, verkeer ontwricht. Onderweg heb ik het alleen gemerkt doordat kleine rivieren niet meer overgestoken konden worden en de vette klei op de paden het lopen heel zwaar maakte.
Nu ik in warmer gebied, Toscane, kom groeien er ook andere producten, veel fruit, olijven, bramen, vijgen, druiven, tomaten, pepers, en nog een aantal vruchten die ik niet thuis kon brengen.
De dagelijkse routine zit er diep in, 6.15 uur proberen wakker te worden en dan inclusief wassen en ontbijten binnen 1,5 uur op pad, dus vaak al om 7.30 uur. Dat betekent wel 's avonds al inpakken en route verkennen. De route app op de tel. met gps verbinding werkt perfect. Je weet altijd waar je bent en het boekje is alleen voor de algemene oriëntatie. Maar zonder boekje + kompas kan ook niet. Altijd 2 - 3 liter water, 2 stukken fruit, 2 stuks yoghurt, een broodje is noodzakelijk. En om de 2- 3 u even de voeten luchten. En af en toe omkijken en een foto maken is even zeer een belangrijk rustmoment en ook geheugensteuntje voor later!!!
Het eten is af en toe wat eentonig met pasta en pizza, en wijn, water, maar anders wordt het meteen ingewikkelder. Komende dagen toch meer experimenteren, denk ik, misschien bij de trattoria of misschien zelf even koken.
De wisseling van landschappen doet mij goed. Het perspectief van boven werkt stimulerend om verder te gaan merk ik. Naar beneden lopen is soms een crime, vooral met van die oude Romeinse paden met ronde stenen. De wandelstokken zijn dan nog harder nodig. Het bos altijd aangenaam, maar vooral wanneer de zon fel schijnt.
Ondertussen ben ik in Italië op weg naar Rome al ruim over de helft, nog ongeveer 400 km, dus gemiddeld 27 km per dag, dat lijkt me haalbaar. Daarbij probeer ik wel rekening te houden met een paar korte dagen om even wat te kunnen rondkijken in leuke stadjes. Nu in Toscane proef ik al een heel andere cultuur dan in de Po - vlakte. Ik ben benieuwd wat ik verder nog ga ervaren.

20 sept. De tocht van Camaoire naar Lucca begint laat, slecht geslapen. Na een ontbijt en sterke koffie op terras om 9.30 op pad. De zon is al warm. Vandaag ruim 200 m stijgen en daarna weer dalen. In Valpromaro maak ik even een stop bij de Ostello, waar ik koffie krijg. Hier werkte Serenella, die ik eerder aan de Po heb ontmoet vorig jaar als vrijwilliger. Het echtpaar daar werkt elk jaar hier een paar weken als vrijwilliger. De Ostello is een project van de gemeente en werkt nauw samen met de santigo pelgrims organisatie. Zij werken met een donativo (vrijwillige bijdrage) voor slapen, diner en ontbijt , meestal ongeveer 25 - 30 €. Het ziet er gezellig en gastvrij uit en eigenlijk moet ik blijven eten, maar dan kom ik vandaag niet meer verder en ik wil perse Lucca bereiken. Om 16 u loop ik Lucca binnen, overweldigend zoveel historie. In de oorlogen ook weinig geleden. Helaas heb ik te weinig tijd om veel te zien, eerst een slaapplaats en dat blijkt vandaag tegen te vallen. Bij de kerk geen, dus dan uitwijken naar een Ostello, voor € 23,50, nog steeds acceptabel. 's Avonds nog even rond gelopen en lekker gegeten. Daar raak ik in gesprek met een Italiaanse familie met 2 studerende kinderen (kunstgeschiedenis en theater) uit Livorne en komen alle dagelijkse vraagstukken heel snel op tafel. Een leuk gesprek waarbij blijkt dat zij Nederland veel relaxter vinden dan Italië, maar dat italie historisch te sterk op zichzelf is gericht - nauwelijks buitenlandse talen - met als effect extra druk op de economie in deze moeilijke tijden. Vervolgens schrijf ik even mijn blog af dat gisteravond is gecrasht en ga ik slapen. Morgen richtng Altopascio en mogelijk 15 km verder naar



Kijk voor sponsoring van mijn actie op de linkhttp://www.inactievooralzheimer.nl/zoeken?q=rome

Alvast hartelijk dank en ik lees graag de reacties.

Cool

Na 5 dagen lopen....

Miradolo Terme, 10 sept.
Ondertussen 5 volle dagen aan het wandelen met een aanloop op zaterdag in de koele namiddag, in totaal 215 km. Met als slaapplaatsen: Settimo Vittone, Santhia, Palestro, Tromello, Pavia en vanavond dus in Miradolo Terme aangeland. Stuk voor bijzondere overnachtingsadressen, 3 x een parochiehuis, en verder een ostello en een hotel. Hier zijn dus thermaal baden. Helaas heb ik daar geen tijd voor. Elke dag is het mooi weer, 's morgens nog lekker koel, maar in de loop van de dag al snel warm, soms te warm, dan wordt het dus vaker pauzeren, schoenen uit, voeten luchten, afkoelen, iets eten en drinken. Een strak patroon, anders gaat het dus mis en wordt je flauw. En ook veel drinken, de waterbak met 2 liter in de rugzak met een slangetje is dan een uitkomst. Onderweg ook leuke behulpzame mensen, vooral bij het zoeken naar overnachting, ook omdat het Italiaans niet beheers en versta een bijzondere opgave, waarbij ook omstanders worden betrokken. Reserveren doe ik nooit, maar ik maak wel een globale planning en met de adressen in de route boekjes en lokaal vragen lukt het tot nu toe altijd. Vrijwel elke dag zie en spreek ik ook wel een of meer pelgrims uit Zwitserland, Nederland, Duitsland, Italië. Vaak leuke gesprekken over motieven, werk, thuis, iedereen met een bijzonder verhaal. Maar ook de overnachtingsadressen hebben mooie verhalen, zoals de mevrouw van het Ostello in Palestro, die naast werk als designer voor theaters in Europa een aantal maanden een Ostello runt, terwijl haar man voor zijn werk dan vaak in het buitenland verblijft. Zij met verhalen over de dilemma's in de lokale politiek, de cultuurbreuken met de komst van vluchtelingen ( 10% op een bevolking van 2000), in een redelijk conservatief land. Zij (30 jaar) met een groot gevoel van onzekerheid over de toekomst nu naast de hoge werkeloosheid ook de wereldproblemen heel dichtbij komen. In de dorpen waar ik door heen loop veel oudere mensen, die hier vaak klusjes doen als bijdrage in hun levensonderhoud. Ik heb nog onvoldoende zicht op hoe Alzheimer zich hier ontwikkelt, maar gezien de samenstelling van de bevolking waarschijnlijk ook sterk groeiend. Onderweg van de lokale bevolking ook veel waardering voor de tocht, zeker met de afstand naar Rome voor ogen. Maar ik ontmoet ook andere pelgrims, die soms elk jaar een paar weken, maar ook wel vanuit Nederland of Duitsland, of Zwitserland al veel langer onderweg zijn. Soms werkeloos of werkend en op zoek naar nieuwe motivatie, of als sabbatical periode, of een echtpaar met pensioen die ook al een paar weken onderweg zijn. Ik ben dus zeker niet uniek in deze.
De landschappen tijdens deze tocht veranderen snel, in pont St Martin nog de uitlopers van de Alpen, dan heuvels en vervolgens de Po vlakte in met de eindeloze rijstvelden. Een bijzondere agrarische cultuur, door verschillende soorten rijst gedomineerd. Het groeit in water met een uitgebreid irrigatiesysteem gevoed door water uit de rivieren de Ticino en de Po. Nu het vrijwel oogstseizoen laat men het water weglopen. Gevolg is dat het vaak stinkt naar rotting met lucht van zwavel en methaangas. Zelfs het kraanwater op sommige plekken ruikt naar riool. Het landschap is door de monocultuur ook wat eentonig, warm, vochtig en met kans op muskieten, hoewel nu al veel minder dan in juli / augustus. De steden en dorpen hebben vaak een regio functie, hoewel de steden vaak een eigen economisch systeem kennen en minder afhankelijk van de agrarische activiteit. In de dorpen is dat vaak anders. Veel dorpen, vaak de kleinere lopen deels leeg met lege vervallen gebouwen en huizen tot gevolg. Ingestorte huizen, ingezakte daken, verlaten boederijen geven voor Nederlandse begrippen een rommelig en onbegrijpelijk beeld. De boerderijen in de Po vlakte zijn ook vaak groot en deels gevestigd op castello's die niet meer als zodanig functioneren maar wel veel ruimte bieden. Daarnaast uiteraard veel nieuwbouw boederijen in een zeer groot formaat, vaak diep in het land. Naar ik van mensen hier begrijp zijn steeds meer landerijen in handen van chinezen. Dat verklaart ook waarom ik Aziaten heb zien weken in de rijstvelden.
De afgelopen dagen ook langs de Ticino en de Po gelopen en morgen waarschijnlijk de Po oversteken richting Piacenza, samen met een Duitse vrouw die gezien haar Italiaanse partner ook de taal goed spreekt en dus de overtocht om 12 u al heeft geregeld. Dan ga ik ook geleidelijk weer uit de vlakte richting bergen, ik zie ze nu voortdurend in de verte dus over een dag of 4 mogelijk aanzienlijk meer stijgen en dalen. Met de heuvels komen ook de wijngaarden terug. In de heuvels dus ook minder km's maken dan de afgelopen dagen. Komende dagen tot Fidenza probeer ik nog extra km's te lopen om later sterk te kunnen minderen naar ongeveer 25-30 km. Overigens raak ik steeds meer ingelopen, heb meer energie en minder spierpijn dan de eerste dagen, ofwel een goede basis voor de bergetappes.
Tot zo ver, nu even een pizza eten, pakken voor morgen, slapen en dan vroeg weer op. Daarna nog even het thuisfront gebeld en gezellig bijgekletst.

11 sept
6.15 u opgestaan, heerlijk geslapen, 7.15 u vertrek na een ontbijt aan de overkant. Het is bewolkt en vannacht heeft het geregend. Voordeel, het is heerlijk koel om te wandelen, dus flink de pas er in via Chignolo Po, Lambrina en vervolgens nog een stukje over de dijk naar Orio Litta. Daar neem ik een lange koffiepauze en eet iets en daarna door naar Corte St Andrea waar de boot ons over zal zetten. Dat scheelt circa 8 km naar Piacenza vandaag. De regen is ondertussen ook opgehouden. Dus hier kan ik alles even drogen. Rond 16 u ben ik in Piacenza, tijd genoeg om even rond te kijken en te zoeken naar het parochiehuis om te overnachten. Over het algemeen zijn deze comfortabel, met een bed op zaal, slaapzak uitrollen, douche en dat tegen een vrijwillige bijdrage, meestal tussen 10 - 15 €, afhankelijk van het comfort.
Groet Cees

Kijk voor sponsoring van mijn actie op de linkhttp://www.inactievooralzheimer.nl/zoeken?q=rome

Alvast hartelijk dank en ik lees graag de reacties.

Cool

Dank aan Kabri, Zutphen

Dank aan Kabri, Zutphen. Bij aankoop van kantoorartikelen kreeg ik 20% korting als sponsoring voor mijn tocht! Hartelijk dank hiervoor!

Dank voor donaties aan Schmidt Medica Zutphen en Annemarie Kroezen,

Toen ik voor advies naar Schmidt Medica in Zutphen ging ivm mijn sponsorloop besloot ik om compressiekousen en een knie-ondersteuning aan te schaffen. Bij het afrekenen mocht ik beslist niet betalen dit was een donatie voor Alzheimer Nederland. Ondertussen heb ik de 90 euro overgemaakt naar Alzheimer Nederland en nogmaals mijn dank!

31 Augustus lag er een lief kaartje met inhoud op de deurmat van Annemarie Kroezen uit Zutphen; 25 euro voor Alzheimer Nederland en 5 euro voor een pilsje onderweg. Ondertussen heb ik de 30 euro overgemaakt naar Alzheimer Nederland. Annemarie ook hartelijk dank!

Smile

Op naar de de 3e wandel etappe naar Rome

Zutphen, 1 september 2015

Op 5 september vertrek ik weer voor mijn laatste wandel etappe in Italie naar Rome. De najaarstemperatuur lijkt me met circa 20 – 25 graden prima om te wandelen. De rugzak is weer gevuld met helaas toch weer 13 kg, exclusief eten en water. Ik heb er weer zin in en heb de afgelopen weken een aantal oefendagen met bepakking gelopen. Desondanks zal het de eerste dagen even wennen zijn. Ook nu kunt u mij weer volgen op mijn weblog, wellicht ook interessant voor vrienden en collega’s om kennis te nemen van mijn belevenissen en ontmoetingen. Misschien ook een bron van inspiratie voor een eigen wandeling? Kijk dan vooral eens naar de sites van pelgrimswegen.nl en santiago.nl.

Ook nu vervolg ik mijn sponsoractie ter ondersteuning van onderzoek naar Alzheimer voor Alzheimer Nederland weer. Elke gift is welkom en wordt goed besteed.

Kijk voor sponsoring van mijn actie op de link http://www.inactievooralzheimer.nl/zoeken?q=rome

Alvast hartelijk dank en ik lees graag de reacties. Cees de Boer

Smile

De laatste 2,5 week van Welschenrohr (Zwitserland) naar Pont St. Martin (Italie)

Beste mensen,

Als jullie deze blogs lezen is het al weer 24 augustus. Deze verslagperiode omvat het laatste deel van de tocht in 2014, namelijk van 23 juni tot 6 juli. De vorige verslagperiode loopt van 7 t/m 22 juni. De komende dagen zal ik nog een aantal foto's selecteren en plaatsen.

De belangrijkste reden was dat de website www.reismee.nl door allerlei technische problemen lang uit de lucht is geweest en ik dus niets kon plaatsen. Vandaar nu veel dagverslagen bij elkaar. Ik hoop dat jullie ze nog steeds met enthousiasme lezen, en hierin hopelijk ook aanleiding zien mijn actie te sponsoren of onder de aandacht van anderen te brengen.

Jullie kunnen de actie steunen via de volgende link:

http://www.inactievooralzheimer.nl/zoeken?q=rome

Mochten jullie willen reageren of vragen hebben reageer gerust. En misschien wil je zelf de tocht gaan wandelen en heb je vragen, die ik graag beantwoord.

Met vriendelijke groet

Cees de Boer

info@orweb.nl

23 juni Welschenrohr via Weissenstein naar Berggasthaus Obergrenzberg

Goed geslapen, prettig ontbijt, vroeg vertrokken. Het is al behoorlijk warm. Vandaag gaan we flink klimmen, gelukkig na een half uur grotendeels onder de bomenen, dat is met de oplopende temperatuur prettig. De klim duurt zeker 2 uur. Voor de collega Hanzesporters kan ik melden dat 800 m klimmen ook in intervallen en herstel momenten moet. Als het steil is 3 min lopen en dan 1 min rust en dat wel 2 u achter elkaar. Een paar keer mis ik het pad, maar vindt het gelukkig weer terug door logisch nadenken. Ik kom geen mensen tegen naar boven, dus ik kan ook niets vragen. Het bos is wisselend samengesteld met veel loofbos, maar ook dennen / sparren. Boven kom ik nog een Zwitser uit Bern tegen, die vandaag nog een gems heeft gezien. Bij een zelfbediening boerderijcafe neem ik even pauze met een koffie. Daarna verder met achter me aan een grote groep schoolkinderen op schoolreisje langs een planetenroute. Ze willen van alles weten, leuk. Over paadjes en grindpaden stijgen we snel. Ook nu loop ik weer verkeerd. Je kijkt vaak waar je je voeten neerzet maar vergeet dan omhoog te kijken naar de markeringen. Ik ga omhoog naar Hasemat (1400 m). Boven spreek ik nog met een paar Zwitsers die aangeven dat er binnen een uur slecht weer met onweer en regen op komst is. In de verte zien we het snel naderen. Dat risico vindt ik te groot en ik besluit om met een bocht naar een bergrestaurant te gaan, Althusli. Op het terras zitten ook een paar fietsers, die ook het weer afwachten. Ik besluit om meteen energie in te slaan en eet pasta met kotelet en melk, heerlijk. Na wat heen en weer praten met de boerin blijkt dat ze Nederlandse is, afkomstig uit Arnhem, hier al 23 jaar getrouwd is met een Zwitserse boer en 6 kinderen heeft. Op mijn verhaal over Rome blijkt dat haar moeder van 68 jaar waarschijnlijk beginnende dementie ( ) heeft en steeds meer verzorging nodig heeft. Ze is pas 10 dagen in Zwitserland op bezoek geweest en dat gaf haar vader in Nederland ook even lucht als mantelzorger. Ze doneert me de drankjes en zegt dat ik maar € 5 voor haar moet storten, leuk deze support. Tijdens ons gesprek is het onweer met zware regen in alle hevigheid losgebarsten. Het gaat flink te keer en voorlopig zit ik hier goed en kan eventueel blijven slapen, mooi. Om 16.00 u klaart het op en wil ik weer verder, maar ver kan ik nu niet meer en meerdere adressen hebben Ruhetag. De boerin gaat voor mij bellen naar Bergasthaus Obergrenzberg. Er is plek en ik loop vervolgens nog 2 uur. Onderweg veel optrekkende mist, die de tocht mysterieus maakt. Ik wandel voortdurend langs een klif in het bos naar boven. Door de regen komen niet alleen meer geluiden maar ook meer geuren van planten, bloemen en bomen naar boven, opnieuw een intense ervaring. Boven op een plateau (Staflu) sta ik opeens stil en op circa 70 m oog in oog met circa 25 gemzen, waaronder ook veel jongen. Spannend want als ik het vastleg op camera ben ik ze misschien kwijt. Het lukt mij toch om veel foto's te maken en weet nu al dat ze uniek zijn. In de mist kom ik aan bij de boerderij en blijk de enige gast te zijn. Ditmaal slaap ik voor € 25 heel goedkoop. Bij het eten laat ik de foto's zien aan de boerin en zet ze voor haar over op hun laptop, leuk die enthousiaste reacties, ook aan de zoon van 9 die meteen ook even een analyse van het voetbal komt geven. Ik ga op tijd slapen, na een uitgebreide Skype met Margot en Stephanie, want ik wil vroeg weg.

24 juni Obergrenzberg naar Chasserol

's Morgens pak ik me volledig in voor de stromende regen met regenpijpen, jas, gamaschen en rugzakhoes. Het is glibberig, dus opletten. De geuren van het bos in de regen zijn naast de geluiden intens, ik geniet er van. Tegelijk maak ik me ook wel zorgen over het weer, hopelijk geen onweer in het bos, want gisteren nog een verhaal over iemand die onder een boom in het bos geraakt was. Pas na 3 uur kom ik doorweekt aan bij een Gasthaus dat wel open is. Ik kan me warmen, droge kleren aan doen en heb weer leuke gesprekken met de waardin en haar man. Als ik de gemzen laat zien, laat zij een lynx zien – een natuurlijke vijand van de gems - iets groter dan een kat met een bruin gespikkelde schutkleur. Als het droog is loop ik weer snel door, want het weer klaart volgens de waardin op. Op naar Frinvillier. Vanaf nu voortdurend over mooie paden over bergweiden naar beneden tot Plagne. Onderweg nog een grote groep paarden met veulens. Ze worden onrustig als ze me zien, ik ga er met een bocht om heen en neem geen risico. In Plagne om 11.30 u maak ik een verkeerde afweging, ik ga een pad naar rechts in plaats van naar links en kom dus in een ander dal uit, weliswaar met een station, maar de trein duurt nog even. Als ik sta te dralen langs de weg stopt een auto, en ik vraag de weg terug naar de route, een omweg. Hij biedt aan om mij een stuk op weg te helpen. Ik kan niet anders en stap in. Het blijkt een Italiaan van 80 die in de buurt woont. Hij rijdt me voorbij Frinvillier aan de onderkant van de Jura en zet me na Orvin af. Vandaar loop ik dus meer dan 800 m naar boven, een hele klim. Ik vind ook weer een gemarkeerde route en oriënteer me ook weer op de kaart. Na de hernieuwde start om 13.00 u kom ik rond 16.00 u aan onderaan de pilot Chasserol. Ik loop achterop iemand en vraag hoe ik boven en verder kom. Uiteindelijk gaat hij voor mij bellen naar een overnachtingsadres vlak onder de top, 'Schlafen im Stroh'. We lopen een uur lang samen op en hij laat mij allerlei zeldzame bloemen zien die door de wind en de mistral alleen aan deze kant van de Jura voorkomen, ook dat de boomgrens hier op rond 1400 m ligt. Ook vertelt hij dat hier 4500 koeien rondlopen van een groot aantal boeren uit de dalen, die hier alleen 's zomers komen weiden. Dat betekent ook tijdelijke bergboerderijen die dan ook dienst doen voor overnachting en eten van wandelaars en regionaal samen eten.

Om 17.00 u kom ik aan bij Metairie Dombresson en kan kiezen tussen een slaapzolder en het sto. Ik kies voor het bed op zolder. Vervolgens gaat de boerin snel verder met koeien bij elkaar drijven om naar een andere bergweide te brengen. Ik droog mijn kleren in de zon was me even in een buitenhokje en ga vervolgens binnen eten aan een lange tafel waar geleidelijk veel gasten aanschuiven. Ik eet een degelijke hap met eigen rundvlees met wat wijn en schrijf dit blog. Ik ga zo nog even kijken of ik marmotten zie, want die zitten hier veel, of misschien morgen vroeg nog.

Hier praten ze dus Frans en beperkt Duits en helemaal geen Engels, opnieuw een taalkwestie in Europa, alleen lossen ze dat hier anders op, met respect voor elkaars werelden, zeggen ze. Ik zoek een slaapplaats op de open zolder op een van 16 matrassen bij het beperkte schijnsel van een looplamp. Het is ondertussen 21.00 u en beneden me in de eetzaal en buiten op het terras zitten nog mensen te eten en te drinken. Vanavond heb ik geen gesprek aan tafel, maar schrijf en lees, en vang flarden van gesprekken in het Frans op. Buiten begint het flink af te koelen en waait een koude bergwind. De hemel kleurt roze en in de verte zie ik het meer van Neuchatel, althans dat denk ik. Ofwel morgen wordt een mooie dag verwacht ik.

Het is wel bijzonder wat toeval doet tijdens deze reis. Elke dag heb ik een slaapplek, vaak via een bijzondere ontmoeting. Het is echter niet zo dat ik alles aan het toeval overlaat. Ik streef wel naar een comfortabel bed met eten. Ik maak meestal een globale planning waar ik denk uit te kunnen komen en schat de kans op een slaapplek in, en vraag onderweg ook naar mogelijkheden. Ondertussen heb ik bijna alle varianten gehad, alleen nog niet buiten in het bos en bij een prive adres geslapen. De afhankelijkheid van het weer bij het lopen is groot. Te warm slurpt energie en vereist veel liters water onderweg. Regen vereist extra kleding, maar betekent extra zweten en bij wind snel afkoelen, ofwel voldoende extra kleren om te wisselen. Schoenen moeten droog blijven om geen blaren te krijgen. Ik heb ze onvoldoende ingespoten en ondanks de gamaschen laten ze nu door. Hopelijk drogen ze vannacht voldoende. Komende dagen weer een spuitbus tegen het vocht kopen. Tot nu toe heb ik alle bagage nog nodig gehad, anders had ik al een dag moeten stoppen om te drogen of te wassen. De rugzak zit perfect met vooral een stevig en comfortabel draagstel. In en uitpakken gaat snel en in combinatie met de plastic zakken en de verschillende opbergvakken voor de verschillende spullen kan ik alles snel vinden.

25 juni Dombrasson naar Grand Sagneul

Na een eenvoudig ontbijt nog even water bijvullen. Dan blijkt dat het hier schaars is want filteren is noodzaak. De boerin raakt geïrriteerd als ik de kraan te lang open laat staan, begrijpelijk. In tegenstelling tot de vorige dag toen er drinkbaar water in overvloed was. Ik zak af naar Le Paquier, over een weide en dan door een diepe kloof in het bos, een mooi pad onder de bomen. Onderweg kom ik nog een Zwitsers echtpaar tegen die me ook wijzen op de vele kruiden en planten die in bloei staan, waaronder de wilde uien. Even het blad tussen de vingers wrijven en dan krijg je de sterke uiengeur. Het is hier in de Jura een ware kruidentuin, die volop in bloei staat. In Le Paquier zoek ik koffie. Na enig zoeken vind ik wat aan de rand van het dorp. Er is verder weinig te koop dus sla ik daar ook wat brood, vlees en fruit in voor onderweg. Dan door een langgerekt dal weer op weg naar de Chemin des Cretes du Jura. Na even een paar 100 m klimmen blijf ik globaal op hoogte, prettig, want dan kan ik opschieten. Het loopt heerlijk onder bomen en door de regen van de afgelopen dagen geurt het bos nog sterk. Helaas lukt het me nog niet om foto's te plaatsen, anders zou de indruk nog completer zijn. Rond 14.30 u kom ik aan bij Vue des Alpes, een grote pleisterplaats compleet met hotel en attracties, zoals een rodelbaan. Na de koffie stoom ik door met als plan La Tourne of misschien Grand Sagneule. Onderweg nog een uitgebreid gesprek met drie mannen uit de regio die een flinke rondwandeling maken en hier even uitgebreid lunchen, compleet met wijn en een stoofmaaltijd. Ze zijn zeer geïnteresseerd in mijn wandeltocht en pas na een half uur nemen we hartelijk afscheid. De wijn sla ik wijselijk af, want anders verzet ik geen been meer. Onderweg kom ik langs verschillende toppen, Tete du Ran en Mont Racine, beide meer dan 1400 m, magnifiek, waarbij het redelijk heldere weer ook zorgt voor mooie vergezichten, tot aan de Alpen. De graat betekent ook dat ik aan de ene kant het meer van Neuchatel en de Bieler See zie en aan de andere kant in de verte Frankrijk zie liggen. Na Mont Racine nog een half uur en dan stop ik bij Grand Sagneule. Ik heb niet gereserveerd maar gok op een slaapplek. Ik blijk wederom de enige te zijn. Slapen op een schuurzolder, toilet in een hokje buiten en primitief wassen bij een kraantje binnen en geen douche, maar dat lossen we de komende dagen wel weer op. Na een kop hete thee, snel even opfrissen en eten. De keuze is beperkt en zeker voor onze Nederlandse verhoudingen duur, waarschijnlijk kost hier overnachten, avondeten, wijn, koffie, ontbijt ook weer rond € 70 en dat is voor Zwitserland goedkoop. Ik kan er goed mee leven, want die douche komt wel en lezen en schrijven doe ik binnen in het restaurant, dat aangenaam warm is. Hoewel ik de enige slaper ben komen er veel mensen uit de regio eten, blijkbaar een populaire vorm van eten en ontmoeten. Ik neem aan primair voor de bemiddelde klasse want hoewel welvarend lijkt het mij hier voor de Zwitsers ook duur. Ik zal morgen eens informeren naar de inkomensverhoudingen voor een aantal kernberoepen en de belastingen en pensioenen, een beetje beroepsderformatie lijkt mij acceptabel.

De ambiance van mijn onderkomen is eenvoudig met een groot terras met houten banken en binnen een grote houtkachel voor als het koud is. 's Winters zal dit ongetwijfeld ook een gezellige pleisterplaats voor langlaufskiers zijn, zoals veel van de boerderijen in de Haute Jura. Opvallend is dat men hier primair Frans spreekt en sporadisch Duits. Ik kom er niet achter of men dat niet kan of niet wil. Morgen een mooie tocht naar en voorbij Noiraigue, en dan naar Creux du Van, wereld erfgoed en hier beschouwd als de Zwitserse Grand Canyon. Het wordt ongetwijfeld weer een bijzondere dag, veel te zien, leuke ontmoetingen. De foto's komen later, dat beloof ik. Ondertussen zijn alle batterijen weer opgeladen en is het rond 10, nog even rondlopen, wat op bed bij een hoofdlampje lezen en dan slapen op een bed en niet in het stro, hoewel dat hier heel gebruikelijk is.

26 juni Grand Sagneul naar Les Rochats

Lekker geslapen, 's nachts wel een beetje geluiden van dieren onder me in de schuur, waarschijnlijk paarden of ander klein gedierte, en een koude wind, dus nog even een extra deken over mijn slaapzak gedaan. Een beetje primitief wassen en dan een ontbijtje, het smaakt goed, dus ik eet wat extra. In gesprek met de boer blijkt hij hier 250 koeien te houden, primair voor het vlees. Overdag vooral bewaken van de kuddes door rond te rijden op een paard, motor of quad. Van mei tot oktober en dan gaan ze weer naar beneden en wordt de boerderij afgesloten. Met nog een extra koffie en thee ga ik op pad. De zon is al warm om 9.00 u en de eerste km's geen schaduw. Daarna het frisse bos afgewisseld met weiden met imposante vrijstaande bomen. Bij la Tourne even een koffie en 2 appels ingeslagen voor onderweg. Daarna weer omhoog de Chemin de Cretes du Jura op, een slingerend pad,op en neer door een loofbos. Af en toe mooie doorkijkjes naar de Creux du Van, de Canyon waar ik vanmiddag kom. Ik maak veel foto's van de perspectieven. 's Avonds maak ik dan een eerste selectie. Om het volgende dorp Noiraigue te bereiken moet in binnen een paar km 500 m dalen, zwaar voor de benen en de enkels dus rustig slalommen en de stokken gebruiken. Aangezien ik voorlopig niet meer door een dorp kom besluit ik hier wat te eten in een restaurant bij het station, lekkere pasta voor de broodnodige koolhydraten voor de zware klim die nog komt. Bij een toeristinfo nog even 2 tel nrs meegenomen van bergboerderijen op een redelijke afstand. Dan naar boven, binnen 4 km 700 m stijgen, gelukkig onder de schaduw van de bomen. De stokken blijken eens te meer van belang, zowel naar boven, maar ook naar beneden geven ze veel steun en voorkom ik uitglijders en hoef ik mijn knieën niet zo te belasten. Boven aangekomen bij de Canyon een indrukwekkend panorama, bijzonder. Ik reserveer telefonisch voor de zekerheid de slaapplaats, waar ik over 2 uur hoop aan te komen. In de rest van de wandeling blijf ik grotendeels op de hoogte van 1100 tot 1200 m, lopend over bergweiden met paden door het bos. Om 19.00 u kom ik aan op de boerderij. Het blijkt een luxe onderkomen te zijn met slaapzaal, maar ook een douche en betaalbaar, toch wel prettig na 3 dagen heel basic. Ik neem een eenvoudige salade met wat wijn en schrijf zoals bijna dagelijks aan mijn blog, selecteer mijn foto's en verken de route voor morgen. De waardin blijkt zeer geïnteresseerd in mijn tocht en verhaalt op haar beurt van de bijzondere bomen en de (te) grote populatie wilde zwijnen in de omgeving. Morgen waarschijnlijk een korte wandeling naar St. Croix en daar afwegen wat ik verder doe, daar slapen of via Laussanne door naar het volgende startpunt op de Via Francegina. Ik heb wel zin in een Zwitserse bergbaan en een boottrip

27 juni Les Rochats - St Croix - Lausanne

Bij een uitgebreid ontbijt nog een lekkere koffie toe en dan op pad richting St. Croix. Het is redelijk warm, maar ook nu kan ik weer afwisselend onder de bomen en over weiden lopen. Een belangrijk tussenstop is een hoge top van bijna 1700 m, Le Chasseron, de hoogste tijdens mijn tocht over de Jura. In de loop van de ochtend komt er wat bewolking en neemt de wind toe, aangenaam bij het stijgen en dalen, want ik zweet heel veel en moet regelmatig drinken om mijn energie op peil te houden. Bij Chasseron een fantastisch uitzicht naar alle kanten. In de verte kan ik zowel de Alpen zien, als ook ver in Frankrijk kijken, en over het meer van Neuchatel. Dat kan ook omdat er nog niet zoveel vocht in de lucht zit, denk ik. Bij Chasseron moet ik een alternatieve route naar St. Croix nemen, de andere is afgesloten voor wandelen, waarschijnlijk iets versperd. Na een snelle en steile afdaling van 700 m naar St. Croix meteen op zoek naar informatie over het vervolg. Toeristinfo blijkt gelukkig open en zeer behulpzaam. Binnen een half uur heb ik alle informatie over trein, boot en overnachtingen, uitgeprint en wel, goeie service in zo'n klein dorp. Om 16.15 uur stap ik in een leuk bergbaantje dat van origine prive bezit was maar sinds begin 20e eeuw in eigendom is van SBB is. De trein kruipt langs de verschillende berghellingen al kronkelend naar beneden naar het meer, met heel mooie vergezichten onderweg. Vervolgens met een snelle trein door naar Laussanne waar ik rond 17.00 u aankom en meteen op zoek ga naar een kamer. Bij een koffie krijg ik de tip voor een betaalbaar guesthouse vlakbij. De overgang van alleen wandelen naar een drukke en mondaine en studentenstad is groot, even wennen. Het guesthouse is vlakbij, betaalbaar en comfortabel op een kamer voor 4. Er blijkt ook een Amerikaanse student te slapen in afwachting van zijn kamer voor zijn studie biochemie van een half jaar. Als ik vertel over de trip naar Rome vertelt hij over een tocht van een vriend die de appalachian trail in de USA heeft gelopen, ruiger en eenzamer, en voor zover ik me kan herinneren meer dan 3000 km. Op mijn kamer slapen allemaal jongeren, die voor een deel vroeg gaan slapen, maar ook iemand die 's nachts pas binnen komt wandelen. Ik slaap hier op een heerlijk frisse kamer op 3 hoog met uitzicht op het meer van Neuchatel en daarachter de Alpen, magnifiek, ook bij avondlicht en in de nacht.

28 juni Lausanne - boot St Gingolph - trein Vionaz, verder wandelen naar St. Maurice

Ik sta 6.30 u op, want ik kan hier niet ontbijten en wil zeker weten dat ik de vroege boot van 9.15 u haal. De extra wandelkaart voor de Alpen is gisteren helaas niet meer gelukt, maar dat los ik dan onderweg in de Alpen wel op. Na een ontbijtje op het station met de metro in 15 min naar de haven, die 100 m lager ligt. Bij de overnachtingsprijs zit ook een vervoerskaartje wat ik hiervoor gebruik. De boot over het meer van Genève blijkt slechts € 22 te kosten voor een overtocht van 50 min. Het is een grote ouderwetse raderboot met een 1e en 2e klas. Mijn 2e klasse is heel rustig en bevalt prima op het voordek in de zon en met een strakke bries. De bergen komen snel dichterbij en worden steeds indrukwekkender, met hier en dat nog sneeuw op,de hellingen. Zo vanaf het meer zal later blijken dat je een bijzonder zicht hebt op de bergen rondom, anders dan wandelend. Het doet me ook denken aan 40 jaar geleden toen ik een keer stage heb gelopen op een vrachtschip en zo langs de Azoren voer, leuke herinnering met al die bergdorpen aan de hellingen geplakt. De haven van Gingolph komt snel dichterbij. Ik veronderstel dat de boot even zou aanmeren, maar dat blijkt een misrekening. Als ik beneden kom worden de trossen al weer losgegooid en gaat het schip weer naar de volgende haven, Bouveret, gelukkig maar 10 min. Verder, nog op mijn route. Even paniek, maar dan blijkt dat mevrouw de conducteur en trossengooister aan boord een Nederlandse blijkt te zijn die via de liefde en toerisme al weer meer dan 15 jaar geleden in Zwitserland terecht is gekomen en naast een baan in een skiresort in de winter, 's zomers dit werk doet. Er blijken volgens haar veel Nederlanders in Zwitserland te wonen, of soms in Frankrijk wonen en dan in Zwitserland werken. De overkant van het meer van Genève is namelijk grotendeels Frans gebied, en Gingolph half Frans half Zwitsers. In Bouveret weer even gewicht van kaarten en boekjes op de post, weer een halve kilo minder. Dit stukje trein van 10 min neem ik vooral omdat de route hier grotendeels door industriegebied voert, en ik wil snel verder kunnen lopen richting bergen. Van Vionaz loop ik naar Aigle, met ook een oude kern en met als belangrijke bezienswaardigheid een groot slot, dat vrij toegankelijk is. Het slot ligt ook midden in een gebied waar weer veel druiven worden geteeld voor de wijn. Mijn wandeling naar St. Maurice voert dan ook over de druivhellingen, waar veel arbeiders druk bezig zijn om de uitlopers op te binden. Mijn indruk is dat het veel dagloonarbeid is, vooral door buitenlanders, ofwel een vergelijkbare situatie als in Nederland. Tijdens de wandeling begint het achter me flink te rommelen in de lucht. Het onweer nadert snel en ik zet er een stevige pas in, want onweer in de bergen bevalt mij niet. Onderweg kan ik gelukkig in Ollon een routekaart kopen en besluit ik ook om telefonisch een slaapplek bij een Franciscanerabdij te reserveren. Ik ben welkom als ik maar aankom voor het bureau sluit, dus de pas er in houden. De route is nu afwisselend maar verder vlak. In St. Maurice is het even zoeken naar de ingang van de abdij. Een oude pater, ruim 80 jaar doet open en brengt me naar mijn slaapkamer in een ander gebouw. Ik kan 's avonds ook mee eten met de paters voor alles bij elkaar € 45, een prima bedrag na een aantal duurdere dagen. Om 19.00 u kan ik bij de paters aanschuiven, maar eerst doen ze hun dienst in de kerk en ik kijk ook even hoe dat gaat. Heel traditioneel in rode en zwarte gewaden, blijkbaar ook een verschil in functie. Het eten blijkt een verrassing na de sobere maaltijd van klooster Beinwil. Hier asperges in tomatensaus, brood, kaas, fruit, sla en wijn van eigen velden. Naast mij zit nog een andere pelgrim uit Londen. De paters blijken grotendeels ouder dan 75 en een klein deel rond de 35 – 60 jaar. De ouderen zijn afkomstig van andere projecten in het buitenland en brengen hier hun pensioen door. Naast me zit bijvoorbeeld een pater die 40 jaar in India op een missiepost heeft gewerkt. De kern van het werk van de paters hier is een eigen middelbare school voor de regio, van wat wij mavo / havo tot gymnasium noemen en daarnaast landerijen die voor eigen gebruik worden bewerkt. Na het avond eten ga ik nog even wat drinken met de Engelsman, Paul. Hij is onlangs gepensioneerd en is al 7 weken onderweg door Engeland, Frankrijk en Zwitserland. Al uitwisselend blijkt dat hij een sponsortocht loopt voor de Engelse zusterorganisatie van Alzheimer Nederland en zelf als vrijwilliger bezig is met het promoten van muziektherapie bij Alzheimer en dementie. Een bijzonder toeval dus. Morgen neemt hij mogelijk een rustdag, want hij heeft last van zijn benen. Maar ook blijkt dat hij herstellende is van de gevolgen van een geïnfecteerde tekenbeet, die nu weer opspeelt. Desondanks hoopt hij eind juli in Rome aan te komen. Ik wens hem veel succes met zijn tocht en actie. Ik zal hem waarschijnlijk met mijn tempo en conditie niet meer zien.

29 juni St Maurice - La Douya

Na een stevig ontbijt en nog een foto van de pater vertrek ik weer. Het regent en dus moet ik al snel mijn regenkleren aantrekken. Dat betekent ook extra zweten en dus oppassen voor de kou. De tocht voert nu grotendeels door vlak land langs kleine dorpen. Onderweg een snel stromende rivier, die met als voedingsbron een waterval een grote waterkracht centrale voedt. Ik kom ze hier onderweg vaker tegen. Omdat het vlak is, heb ik een stevig tempo en rond half een ben ik al in Martingy. Te vroeg om te stoppen besluit ik in Martingy Bourg een uitgebreide pauze te nemen en pasta te gaan eten voor de broodnodige koolhydraten onderweg en dat werkt. Vervolgens ga ik geleidelijk klimmen, maar blijf wel in het dal langs de rivier lopen. Het is bewolkt met steeds minder regen, dat geeft extra energie, en ik besluit om ook na Sembrancher door te lopen. Als ik voor een slaapplek bij een parochiecentrum in Orsieres bel neemt niemand op, dus dan maar in La Douya bij een gite / hotel halverwege reserveren. Als ik arriveer blijkt de prijs hoger te zijn dan het boekje maar het comfort van de kamer en het eten ook beter dan verwacht. Als ik ga eten kijk ik ook voetbal; Nederland - Mexico, een spannende wedstrijd en de bediening is op de hand van Nederland. Vervolgens schrijf ik nog even aan mijn blog en ga dan slapen boven een bruisende waterval.

Vandaag dus meer dan 30 km gelopen. Ik ben benieuwd hoe het morgen gaat want ik zit nog 1,5 dagetappe van de Grote St. Bernard pas af en daarna nog 2 - 3 dagen dalen denk ik. Maar vanaf nu ga ik weer wel veel meer klimmen naar bijna 2500 m. Met de training in de Hoge Jura moet dat zeker lukken. De eigenaar benadrukt nog eens om niet in een keer door te lopen naar de top, dat is te zwaar, en achteraf blijkt dat hij gelijk heeft. Het einde van deze etappe nadert nu snel. Nog een kleine week en ik ben al weer in Nederland. Met mijn huidige conditie zou ik best door kunnen lopen. Maar aan de andere kant zie ik ook wel uit naar thuis.

30 juni La Douya - Bourg St Pierre

Na het ontbijt vertrek ik om 8.00 u. De zon wordt snel warm, hoewel het nog lang koel blijft in het dal. In Orsieres mijn koffiepauze en om wat te eten kopen. Vervolgens op de flanken van de berg onder de bomen geleidelijk klimmen van 1000 naar 1500 m in Liddes. Daar eet ik mijn broodjes in de zon en droog even mijn overhemd van het zweet. Er gaat een fietster met zware bepakking voorbij, ik denk Nederlands gezien de fiets en de tassen. Al snel moet ze bij het toenemende stijgingspercentage gaan lopen. Ik ben benieuwd of ik haar nog terugzie op de top. Na Liddes door naar Bourg St Pierre waar ik al om 14.00 uur aankom. Ik kom uit bij de kerk met een overnachtingsplek en tel.nr. op de deur. Ik bel op en binnen een half uur is er iemand voor uitleg, betalen en stempel. Ik heb een slaapplek in Maison St Pierre voor € 25 zonder ontbijt. Het is nog vroeg in de middag en ik besluit om in het dorp rond te lopen op zoek naar eten voor vanavond en morgen. Dat blijkt tegen te vallen. Een aantal restaurants of hotels zijn of gesloten of failliet en de laatste winkel blijkt ook gesloten zie ik aan de inrichting. Ik besluit om een belegd broodje bij een tankstation te kopen voor het ontbijt morgen. Per saldo ga ik ook niet warm eten in een hotel, want de prijzen vallen me tegen en het vlees met rösti hoef ik even niet, dus vanavond broodje, yoghurt, worstje, cola. Het is niet voldoende maar ik overleef het wel. Ik was wel mijn broek, want die is van het lopen in regen en nat gras heel smerig en met deze zon is die morgenochtend wel droog. Vroeg slapen en vroeg opstaan is het plan. 's Nachts is het hier op deze hoogte behoorlijk koud en ik doe een paar extra dekens over mijn slaapzak.

1 juli, La Douya - Grand St Bernard

Ik heb goed geslapen, maar mijn ontbijt is karig met een taaie sandwich, yoghurt en wat cola. Het eerste uur is vaak op gang komen en kost wat meer moeite. Vandaag ga ik klimmen van rond 1600 naar 2500 m. Onderweg deze keer geen dorp voor een kop koffie, jammer. Tot het stuwmeer klim ik geleidelijk 300 m en gaat het lekker. Ik zie ook verschillende marmotten, vaak flinke exemplaren van wel 40 cm lang met veel jongen die uit hun holen komen om zich aan de zon te warmen en eten te zoeken. De vergezichten zijn prachtig en regelmatig maak ik een stop om even een foto te maken. Na het meer voel ik dat het gebrek aan een goede avondmaaltijd en een stevig ontbijt me parten gaan spelen. Ik vind het zwaar en moet vaker stoppen. Ik had gedacht dat met het stijgen dalen van de Hoge Jura dit mee zou vallen. De ijlere lucht, geen schaduw van bomen en onvoldoende eten eist zijn tol. Dan maar vaker rusten. Niet alleen ik heb het zwaar, ook de auto's en bussen kruipen omhoog van bocht naar bocht. Soms zie ik ook een Nederlandse auto in de verte voorbij komen, een stukje herkenning. Vlak voor de Grand St. Bernard moet er nog flink geklommen worden, ook over stukken sneeuwvelden die nog resten. Je ziet dat hier 2 weken geleden nog volop sneeuw lag. Boven op de top aangekomen zoek ik snel de warmte van het Hospice op. Ik ben heel moe en heb honger. Als ik binnen kom krijg ik meteen een grote kan thee en op mijn vraag krijg ik ook brood en voedzame soep, heerlijk. Ik moet wel een half uur bijkomen. Uiteindelijk blijkt dit stuk toch zwaarder te zijn dan de Hoge Jura, ofwel ik heb een prestatie geleverd, al zeg ik het zelf. Aangezien ik om 13.00 u boven ben heb ik voldoende tijd om alle noodzakelijke dingen te doen en rond te kijken. Het Hospice bestaat al sinds de vorige eeuw en is opgezet door een pater ten behoeve van de reizigers en pelgrims in de bergen. Ook nu wordt het nog steeds gerund door paters met een groot aantal vrijwilligers, studenten die zomers iets bijverdienen en jongeren die hiermee vervangende dienstplicht doen. Ik kijk nog rond bij het trainingscentrum van St Bernards honden en in een museum en vermaak me vervolgens bij een glas wijn met andere passanten bij de wedstrijd Mexico - Zwitserland. Bij het avondeten kom ik de Engelsman weer tegen die ik ook in St Maurice in de abdij tegenkwam. Hij blijkt sneller te zijn hersteld en toch weer in te lopen. De eetzaal zit 's avonds vrijwel vol: wandelaars, pelgrims op tocht naar Rome, fietsers vanuit Frankrijk en ook mensen die kleine wandelingen in de omgeving maken, meestal ouderen van in de 70 en 80. Slapen op slaapzalen of in meer persoonskamers. Alles ziet er schoon en verzorgd uit, mogelijk na een renovatie. Op dit moment zijn bouwvakkers de buitenkant aan het renoveren. Voor half pension betaal ik hier een goede prijs, namelijk € 48. Na een gezellige avond met de nodige wijn, slapen en een beetje uitslapen, want het ontbijt is pas om 8.00 u.

Elke dag volg ik een strak ritueel bij zowel de aankomst als het vertrek. Uitpakken, wassen, droge kleren aan, af en toe wat kleren wassen, batterijen opladen, op zoek naar eten in het dorp, planning voor de volgende dag, betalen, pelgrimsstempel regelen. Alles uitstallen op tafel of bed zodat ik het morgen weer snel kan inpakken en niks vergeet. 's Morgens de omgekeerde volgorde, wassen, aankleden en inpakken ongeveer een half uur, ontbijt een half uur en dan vertrek, en circa 2 liter water aanvullen voor onderweg. Eigenlijk heel basaal en niks diepgaands maar gewoon praktisch. Onderweg ligt de nadruk ook vaak op een strak concentratie schema. Je kijkt vaak en vooral naar de grond waar je je voeten en stokken neerzet. Met heel veel stenen, smalle paden, met steile hellingen omhoog en ook steil dalen is dat nodig. Regelmatig bewust stoppen om op adem te komen geeft en de mogelijkheid om rond en ook om te kijken. En ook om geen markeringen over het hoofd te zien. De neiging is om vooral vooruit te kijken, maar vaak genoeg blijkt er een prachtig vergezicht achter je te liggen. De foto's zijn dan een mooi hulpmiddel om te stoppen en vervolgens 's avonds aanleiding om nog eens rustig terug te kijken wat ik allemaal gezien heb.

2 juli Grand St Bernard - Variney

Om 7 uur opstaan na een onrustige nacht. De vorige dag was zwaar en dat voel ik nog steeds. Om half acht moet iedereen blijkbaar echt zijn bed uit want dan schalt vrolijke klassieke muziek door het hele gebouw. Om 8.30 u vertrek ik maar aan de Italiaanse kant kan ik al meteen de markeringen niet vinden, dus dan maar een een paar 100 m over de weg. Vervolgens in 2 u 800 m steil dalen door nat gras, zwaar werk. En omdat ik vergeten ben om mijn schoenen de afgelopen dagen in te vetten krijg ik natte voeten. Ook mijn gamaschen helpen later niet meer. Ik ben dus blij om te stoppen in St Pierre bij een leuk hotel van een jong enthousiast echtpaar. Ik mag de föhn lenen om mijn schoenen bij te drogen en doe droge sokken aan. Bij de echte espresso krijg ik gratis huisgemaakte chocoladetaart. In een dag wandelen van Zwitserland naar Italie gaat de prijs van espresso met 50% naar beneden. Later zal blijken dat het ook voor andere etenswaren geldt, prettig. Ondertussen kan ik ook nog even skypen met Margot. De dag met mist en regen wordt helemaal goedgemaakt. In een redelijk tempo blijf ik dalen en pas in Etroubles stop ik weer voor een lekkere pastalunch, dat werkt goed heb ik gemerkt. Ondertussen is de zon volop aanwezig, drukt de sluiers weg en ik krijg het warm. Aosta lijkt nog te kunnen (35 km) , maar ik stop (na een vergeefs telefoontje bij een parochiecentrum in Gignod) toch in Variney, 5 km ervoor bij een klein familiehotelletje. Half pension voor €50!!! Heerlijk eten met voor hoofd, na koffie en wijn. Van de eigenaresse hoor ik dat er dit jaar veel minder toeristen komen en dat ze blij is met alle gasten. De Italiaanse werkeloosheid speelt haar ook parten, gemiddeld meer dan 20%, onder jongeren zelfs 50%. Dat betekent, ook in Italië voor veel gezinnen armoede. De zoon van de eigenaresse die mij nog even helpt met een vliegtuigboeking maakt zich voorlopig geen zorgen, hij begint aan de universiteit aan een studie ICT, maar zijn vrienden staan er vaak anders voor.

Tijdens het wandelen in Italië stel ik vast dat er heel veel wordt gedaan aan het onderhoud van de paden, gras gemaaid, paden gesteld, waterlopen geleid, bruggen gebouwd. Het toerisme blijft zeker in deze tijd niet alleen een belangrijke inkomstenbron, maar ook de werkgelegenheid in de infrabouw te stimuleren. Misschien speelt hier ook Europese subsidie nog een rol, maar ik zie daarvan nergens grote reclameborden, zoals in Oost Europa. Ook het watermanagement valt mij op. Er stromen permanent grote hoeveelheden water naar beneden, niet alleen van smeltwater in het voorjaar, maar ook als het een paar dagen flink regent. Slecht of uitgesteld onderhoud betekent dan grote problemen, bijvoorbeeld aardverschuivingen en overstromingen in de dalen. Dus water management in Nederland mag dan een exportproduct zijn, hier weten ze ook veel van hun specifieke omstandigheden, een prestatie, die vaak op kleine schaal moet worden uitgevoerd. Maar soms ook om grote bergstromen en watervallen in goede banen te leiden. Als het meezit zien jullie daarvan ook een paar foto's binnenkort. Ook de energievoorziening verloopt in de bergen vaak anders, ook gebruikmakend van lokale middelen, water en wind en stuwmeren. En ook de drinkwater voorziening is vaak een verhaal apart, en ik denk vaak lokaal / regionaal geregeld afhankelijk van de omstandigheden. Overal zie je leidingen of waterlopen, waarschijnlijk gecombineerd met een pompsysteem. Onderweg in de bergen zag ik dat op sommige plaatsen er overvloed was van schoon drinkbaar water en elders weer schaarste dat huishoudelijk filteren noodzakelijk maakte.

Opvallend is dat ik weinig zonne energieprojecten zie, maar mogelijk is dat regionaal anders.

3 juli; Variney - Grangeon

's Morgens vroeg wakker voor het ontbijt, maar toch pas om 9.00 u op pad richting Aosta. Ik ontdek dat ik beter gisteravond meteen had kunnen boeken. Nu liggen de prijzen al weer hoger en zijn de goedkope vluchten voor vrijdag naar Amsterdam al weer volgeboekt, dus snel doorschuiven naar zondag en dat betekent vroeg vliegen, al om 7.15 u. Dat betekent ook dat ik iets meer tijd heb om hopelijk Pont St Martin te halen. In Aosta even pauzeren en rondkijken. Het is een leuke stad met een aangename mediterrane sfeer. Op weg naar de rand kom ik ook Paul de Engelsman weer tegen op een terras en ik besluit daarom meteen maar te gaan lunchen met een pizza. Vervolgens zit er nog een Engelsman aan tafel die ook in het Hospice op de Grand St Bernardino heeft geslapen. Na Aosta is het weer zoeken naar de route. Met een flinke maar mooie omweg bovenlangs kom ik toch aan in Grangeon. Een aantal km's daarvoor ging ik pas reserveren met behulp van een vriendelijke jongedame van een winkeltje in een klein dorpje op de route. Zij belde voor mij naar een vriendin, die op de agriturismo werkt. Om 18.30 u kom ik moe maar voldaan aan. Mooi uitzicht en een comfortabele kamer. Om 20.00 u een fantastisch diner met 5 gangen. Blijkbaar heel populair want er zitten ook veel mensen uit de regio.

4 juli; Grangeon - Hone

's Morgens een heerlijk ontbijt met homemade producten. De eigenaresse vertelt bij het afrekenen nog dat zij weinig last heeft van de crisis, ook doordat er iets meer buitenlanders langs komen. Ik ga bij licht bewolkt weer fris op pad, met af en toe steigen en dalen, maar ik raak ook hier regelmatig het spoor bijster. En probeer dan over een onmogelijk steil pad mijn route weer te vinden, dwars over weiden en langs schapenpaden. Ik kom om 11.00 u in Chatillon aan en neem een uitgebreide koffiepauze. Chattilon is een leuk stadje doorsneden door een diepe kloof. Ik besluit om nu even langs de hoofdweg door naar St Vincent te lopen. Ik heb even geen zin om te steigen en dalen en wil km's maken en niet verdwalen. Daarna toch weer proberen de route te volgen, dus weer naar boven, wel mooi, maar ook vermoeiend en heb er nu niet zoveel puf voor. In Montjovet-Berriaz volg ik weer de route naar boven, te enthousiast want ik raak de weg kwijt en in mijn overmoed denk ik slim te zijn. Ik blijk hoog uit te komen bij Lac de Ville en een paar werkers helpen me weer richting Verres. In Ville even koffie en daar blijkt dat men elkaar kent in de regio want zij kent de eigenaresse van La Vrille, mijn vorige overnachtingsadres. Ik moet 6 km over de weg dalen, en dat is met al die auto's en geen voetpad risicovol, dus veiligheidshesje aan en regelmatig uitwijken. Onderweg begint het ook nog flink te regenen, dus wordt ik nat en moe van de steile afdaling over asfalt.

In Verres aangekomen even koffie om bij te komen. Ik loop over de hoofdweg naar Arnad, ervan uitgaande dat ik daar kan overnachten. Bij navraag blijkt het adres gesloten, een tegenvaller, want ik wil niet terug in de regen, dus bellen naar Hone / B&B, gelukkig is er plek en ik ga verder over de hoofdweg in de regen. Geen goede keus want de weg is smal en gevaarlijk. Een paar km voor Hone stopt een stel en vraagt mij om onder deze omstandigheden toch maar in de auto te stappen. Ik maak er dankbaar gebruik van, want zeker nu wordt dit te gevaarlijk. Ze zijn zeer geinterresseerd in mijn tocht. De vrouw gaat in de zomer een deel van de route in Toscane lopen. Ze zetten me af voor het B&B en ik ben blij dat ik op het aanbod ben ingegaan. Ik ben doornat en moe na de vele (hoewel mooie) omwegen en in totaal 45 km lopen. Het klinkt als een topprestatie, maar ik heb dit niet bedoeld, zeker niet bij dit weer.

In de pizzeria aan de overkant neem ik het dagmenu en dat blijkt overdadig en heerlijk. Ondertussen selecteer ik weer de foto's en schrijf aan mijn blog. Vervolgens nog even skype met het thuisfront en dan slapen voor de laatste dag van deze etappe naar Pont St Martin.

Het wandelen in Italië is anders dan in Zwitserland en Duitsland. Hier is de markering soms onduidelijk en verwarrend en eenmaal verkeerd moet je eigenlijk terug want anders kom je in een ander dal uit. Hier ook meer asfalt en vaker kort op en neer. In de bergen van Zwitserland raakte je minder snel de weg kwijt door de goede markeringen, maar ook omdat de routes in de bergen vaak overzichtelijker zijn, en kon je onderweg nog voor een alternatief kiezen om toch goed uit te komen. Hier wel meer levendige dorpjes met een mediterrane sfeer. Het menu lijkt hier ook gevarieerder, met meer pasta, groente en is aanzienlijk goedkoper, ik denk wel 40%. Voor 3 dl wijn betaal je hier € 4 - 8, in Zwitserland € 10 - 12. In Italië loop ik meer over zichtbaar oude Romaanse paden. In Zwitserland waren de bergroutes met een afwisseling van bos, weiden en dalen, en mooie vergezichten heerlijk. Daar sliep ik ook meer in bergboerderijen of hotelletjes, in Italië daal je voor de overnachting af naar een dorp of stad in het dal en is men iets meer ingesteld op de overnachtingen voor pelgrims. Beide hebben hun charme. Thuisgekomen zal ik de route aan de hand van de foto's en verslagen nog een keer overdenken.

5 juli; Hone - Pont St Martin - Milaan - Malpensa AirPort

De laatste wandeldag voor ik zondagmorgen weer naar huis vlieg. Rustig aan, want ik hoef maar 9 km te lopen. Bard en Donnas, waar ik doorheen loop zijn historisch leuke plaatsen, waar veel van de Romeinse route wordt gecultiveerd. Dat betekent voor de inwoners wel: smalle straatjes, oude huizen met weinig licht en veel klimmen over trappen tussen de huizen. De ouderen die er wonen schuifelen traag omhoog en pauzeren onderweg vaak voor een praatje. Ze groeten vaak vriendelijk en mensen komen soms nog achterna lopen om de juiste route te wijzen. De Via Frangenia dwingt bewondering af, zeker wanneer je vertelt hoe lang al onderweg en blijkt ook steeds belangrijker voor de lokale economie.

In Pont St Martin is het met de zaterdagmarkt bij de historische brug een gezellige drukte. Nu uitzoeken waar de bus naar Milaan vertrekt en waar ik een kaartje kan kopen. Na her en der rondvragen blijkt dat een kaartje kopen aan de rand van het stadje moet en de busstop vlakbij de autoweg is. Ik moet rennen voor de bus van 11.50 u want anders gaat ie pas weer om 15.35 u. Aangezien de bus er 1,5 u over doet, hoef ik me dan in Milaan niet te haasten. In Milaan / station Cadorna neem ik de sneltrein naar vliegveld Malpensa. Helaas stap ik uit bij terminal 1, terwijl ik 10 km verder bij terminal 2 – de low cost maatschappijen - moet zijn. Na vragen en ronddwalen, uiteindelijk met de gratis shuttle naar de andere terminal. Daar even scheren, wassen, eten blog schrijven en op tijd slapen, want zondag om 04.00 weer op voor het inchecken. Vannacht dus proberen te slapen op een stoel, iets anders dan in een bergboerderij op een matras op de vloer, maar dat halen we de komende week wel weer in.

Komende week kan ik ook de afgelopen 5 weken wat beter op me laten inwerken, ook tijdens het verwerken en selecteren van de vele foto's en indrukken. Ik kijk weer terug op een zeer afwisselende tocht door verschillende culturen en landschappen, en leuke ontmoetingen. Per saldo ook nu weer weinig pelgrims ontmoet, ook door het vroege seizoen denk ik. In Italie lopen ze vooral in de zomervakantie blijkt. Ik ga ook nog eens kritisch kijken wat ik aan bagage van nu 15 kg inclusief water en eten verder omlaag kan brengen. Het zou prettig zijn om nog met 2 kg te minderen. Mijn schoenen vertonen slijtage en moet ik opnieuw waterdicht maken. Wellicht kan er nog wat van de electronica en de papieren af. Maar daar staat tegenover dat ik merk dat ik in italie nu alleen een klein routeboekje heb en de meer gedetailleerde overzichtskaarten mis, zeker wanneer ik onderweg een alternatief wil kiezen. Misschien wel oriënteren op een GPS, maar die missen de charme van een kaart, is lichter, maar ook nog relatief duur.

Ondertusssen is het al weer 24 augustus en ben ik al ruim 1,5 maand thuis. Ik had 2 weken nodig om fysiek te herstellen van de tocht en weer in een nieuw ritme te komen. Nu veel minder beweging en vaker zitten is wennen. De website van reismee.nl was lange tijd uit de lucht, vandaar dat ik de laatste blogs niet met jullie kon delen.

Tot slot

De komende maanden ga ik de vele foto’s (1000) verder selecteren en mogelijk ook online plaatsen. Het plan is om volgend jaar september / oktober 2015 de pelgrimstocht te vervolgen. Dan wandel ik door de Po – vlakte en vervolgens omhoog over de Appenijnen richting Rome. Bij elkaar nog 900 km. Ik kijk er weer naar uit.

Ik hoop dat jullie mij dan weer gaan volgen en ook mijn actie voor Alzheimer Nederland opnieuw willen steunen.

http://www.inactievooralzheimer.nl/zoeken?q=rome

Mochten jullie willen reageren of vragen hebben reageer gerust. En misschien wil je zelf de tocht gaan wandelen en heb je vragen.

Met vriendelijke groet

Cees de Boer

info@orweb.nl